Spaartaks op basis van werkelijke rente lastig
Het blijkt lastig om belasting te heffen op spaar- of beleggingstegoeden op basis van het daadwerkelijk behaalde rendement.
Dat schreef staatssecretaris Menno Snel (Financiën) maandag aan de Tweede Kamer. Heffen op basis van werkelijk rendement zadelt spaarders en beleggers op met veel papierwerk en kan ook belastingontwijking in de hand werken, denkt de bewindsman.
In het regeerakkoord van kabinet Rutte-III is afgesproken dat het kabinet een aanpassing van de zogenoemde vermogensredendementsheffing zou gaan uitwerken. Nu wordt nog belasting geheven op basis van een vast rendement van 2 procent voor spaarders, maar door de zeer lage rente liggen de opbrengsten al jaren lager.
Het kabinet wil daar verandering in brengen, maar heeft in het regeerakkoord als voorwaarde gesteld dat het nieuwe stelsel niet ten koste mag gaan van onder meer de eenvoud en reikwijdte van de spaartaks. Staatssecretaris Snel concludeerde maandag in zijn brief aan de Tweede Kamer dat een heffing op basis van rendement niet haalbaar is zonder die voorwaarden bij te stellen.
De staatssecretaris betrekt de spaartaks daarom in een serie onderzoeken naar mogelijke verbeteringen van het belastingstelsel, waarvan de uitkomsten volgend jaar worden verwacht. Dat betekent dat er tijdens deze kabinetsperiode geen knoop meer over wordt doorgehakt, omdat alle vernieuwingen ook nog in de begroting moeten worden verwerkt.
Ontsnapping
Snel laat nog wel voor Prinsjesdag van dit jaar uitzoeken of het mogelijk is mensen met spaargeld tegemoet te komen. Daarvoor moeten dan wel wat ontsnappingsroutes worden afgesloten. Zo zouden mensen hun vermogen vlak voor de peildatum voor de fiscus tijdelijk op een spaarrekening kunnen zetten, terwijl zij de rest van het jaar beleggen tegen een veel hoger rendement.