Calamiteitenhospitaal heeft zich vaker bewezen
Het Calamiteitenhospitaal in Utrecht, dat maandag wordt opengesteld vanwege een schietpartij in een tram op het 24 Oktoberplein, heeft zich sinds de oprichting in 1991 al meerdere keren bewezen in noodsituaties.
Het hospitaal is een samenwerkingsverband tussen de ministeries van Defensie en VWS met het UMC Utrecht. Het biedt bij noodsituaties tijdelijke opvang van slachtoffers die niet zo snel in reguliere ziekenhuizen terechtkunnen. De wereldwijd unieke voorziening is 8000 vierkante meter groot. Het ziekenhuis telt tweehonderd bedden, twaalf intensivecareplekken en drie operatiekamers. In geval van nood kan het binnen een halfuur beschikbaar zijn.
Het ving eerder onder meer gerepatrieerde slachtoffers van de vliegramp in Faro en de tsunami in Azië op. Ook verzorgde het de eerste opvang van Libische oorlogsslachtoffers en van een Nigeriaanse ebolapatiënt.
Het Calamiteitenhospitaal zit in een afgescheiden deel van het UMC Utrecht. Patiënten en bezoekers kunnen op geen enkele manier bij de afdeling komen, dus ook niet per ongeluk. Het Calamiteitenhospitaal heeft een eigen ingang, gescheiden luchtbehandeling, goederengebruik en afvalverwerking. Gebruikte materialen worden direct vernietigd of apart gezet. Afval wordt in een speciale container afgevoerd en inclusief container in een afvaloven verbrand. Alle zorgverleners werken altijd in tweetallen. Eén verricht de handelingen bij de patiënt en de ander controleert of alles volgens afspraak gebeurt.