Leer en leven botsen bij klimaatkeuzes
Ze zijn het somberst over de opwarming van de aarde. Toch vliegen ze vaker en verder, maken ze meer kilometers met de auto en douchen ze langer dan lageropgeleiden. Duurzame denkers blijken bovengemiddelde vervuilers, laat onderzoek van I&O Research donderdag zien.
Leer en leven botsen nogal eens met elkaar als het gaat over klimaat. Zo zijn hoogopgeleide Nederlanders vaker van plan om minder vlees te gaan eten dan lageropgeleiden (36 versus 23 procent). Ze noemen zichzelf ook vaker flexitariër of vegetariër, maar uiteindelijk eten ze ongeveer evenveel gram vlees als gemiddeld.
Wie meer te besteden heeft, lijkt dat ook te doen – en dat leidt tot meer CO2 -uitstoot. Mensen met een bovenmodaal inkomen zijn weliswaar even bezorgd over klimaatverandering als hun medeburgers met een lager inkomen, maar hun CO2-score ligt beduidend hoger.
De relatie tussen een duurzame levensstijl en politieke voorkeur laat wel meer consistentie zien. VVD’ers zijn de grootste vervuilers; daarna volgen CDA, D66, FVD en PVV. Mensen die op de Partij voor de Dieren of GroenLinks stemmen, houden in de praktijk het meest rekening met het klimaat. De levensstijl van SGP’ers is minder milieuvriendelijk dan die van CU-kiezers, al gaan zij duurzamer om met spullen dan aanhangers van de ChristenUnie. De SGP-achterban eet wel bovengemiddeld veel vlees.
Vliegtickets
Omstandigheden –groter huis, luxere auto– beïnvloeden het menselijk handelen meer dan kennis over klimaat, ziet ook Ellen van der Werff, universitair hoofddocent sociale psychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. „Kennis over het probleem hangt nauwelijks samen met gedrag”, zegt Van der Werff, die onderzoek doet naar consistent milieugedrag. „Dat zie je hier ook terug: hogeropgeleiden zijn zich meer bewust van duurzaamheid, maar tegelijkertijd gedragen ze zich milieuonvriendelijker. Weten hoe je moet bijdragen aan een oplossing is dus geen garantie voor verandering, maar wel een voorwaarde. Al weten de meeste mensen ondertussen wel wat ze eigenlijk zouden moeten doen.”
Bewustwording is dus niet genoeg. Wat moet er dan gebeuren om milieuonvriendelijk gedrag te veranderen? „Mensen willen het wel anders doen, maar vragen daarbij hulp van de overheid”, stelt Van der Werff. Veel vervuilers vinden het bijvoorbeeld prima als vliegen duurder wordt en de maximumsnelheid naar beneden gaat. Laat de overheid milieuvriendelijke keuzes aantrekkelijker maken, lijken burgers te vragen.
Juist hogeropgeleiden zeggen wel een duwtje in de rug te kunnen gebruiken. Verdubbel de prijs van een Europese vliegticket maar, zegt 41 procent van hen, tegenover 29 procent van de mensen met een lagere opleiding.
Behalve van de overheid, verwacht de burger ook veel van het bedrijfsleven. Zolang grote bedrijven hun CO2-uitstoot niet terugdringen, maken mijn acties niet uit, menen zes op de tien Nederlanders.
Opvallend in het onderzoek ”Duurzaam denken is nog niet duurzaam doen” is verder dat mannen meer CO2 uitstoten dan vrouwen. Vrouwen zijn alleen minder duurzaam als het gaat om spullen. Over het algemeen leven jongeren klimaatvriendelijk dan ouderen. Al is lang douchen favoriet onder de jongere generatie.