Inspecties: hulpverlening gedode baby faalde
Verscheidene deskundigen en hulpverleningsinstanties in Noord-Brabant zijn tekortgeschoten bij hun zorg voor een baby die eind 2017 zou zijn overleden als gevolg van mishandeling binnen het gezin. Dat concluderen de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en de Inspectie Justitie en Veiligheid dinsdag in een onderzoek naar de kwestie.
Het zeven maanden oude jongetje overleed in het ziekenhuis. Volgens de sectie overleed de baby door geweld van buitenaf of hevig schudden. De baby had onder meer een bloeduitstorting onder het hersenvlies en een gescheurde tongriem. Zijn vader werd aangehouden op verdenking van doodslag.
De ouders van het kindje gebruikten drugs. De vader was al eerder gewelddadig, weigerde hulp en werd al langer gezien als een risico. De verdachte zit nog steeds in voorarrest, aldus het Openbaar Ministerie dinsdag. Nog niet alle onderzoeken zijn afgerond. De volgende niet-inhoudelijke zitting is op 15 april.
De twee inspecties geven vooral de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering (WSS) en ASVZ Ouder en Kind Voorzieningen ervan langs. Zij hebben zich intensief ingezet voor het gezin, maar handelden onvoldoende, stelt het rapport.
Ze hielden zich niet aan de leidraad van de Raad voor de Kinderbescherming, die een gedegen onderzoek had gedaan naar de ontwikkelingsbedreigingen voor de baby en hoe die moesten worden weggenomen. WSS heeft de informatie over het gezin niet vertaald in concrete risico’s voor de baby waardoor er „ernstige tekortkomingen in het handelen” ontstonden.
De ASVZ moet binnen drie maanden een verbeterplan opstellen. Bij de William Schrikker Stichting waren al eerder tekortkomingen vastgesteld. De inspecties maken zich ernstige zorgen over de aangekondigde verbeteringen en het leervermogen van deze stichting. Ze gaan er strikt op toezien of de maatregelen effect hebben.