Alle partijen tegen splitsingsidee Milosevic–rechters
De rechters in het Milosevic–proces hebben alle andere deelnemers aan de rechtzaak tegen zich wat betreft hun idee om het marathonproces alsnog op te splisten in afzonderlijke rechtszaken. Dit blijkt uit schriftelijke stukken die de griffie van het Joegoslavië–Tribunaal woensdag openbaar heeft gemaakt.
Die stukken zijn ingediend door de VN–aanklagers en de amici curiae (vrienden van het hof) die in opdracht van de rechters toezien op een eerlijk proces. Uit het amici–stuk blijkt dat Milosevic bij monde van zijn juridisch adviseur prof. Branko Rakic heeft aangegeven ook tegen opslitsing te zijn.
Oorspronkelijk waren er ook drie afzonderlijke aanklachten tegen de ex–president van achtereenvolgens Servië en Joegoslavië: inzake Kosovo, Kroatië en Bosnië. In november 2001 vroegen de aanklagers echter om een samenvoeging van de drie aanklachten tot een groot proces. De rechters bevalen echter dat er eerst een proces voor Kosovo zou komen en daarna een tweede proces voor Kroatië en Bosnië samen.
De Kamer van Beroep maakte dat besluit echter op verzoek van de aanklagers ongedaan, vlak voordat het proces op 12 februari 2002 begon. In de zaak zijn tot nu toe slechts de getuigen van de aanklagers gehoord. Het begin van de verdediging is steeds weer uitgesteld wegens de hoge bloeddruk van de verdachte en staat nu gepland voor 31 augustus. De rechters zijn nu op zoek naar wegen om de zaak binnen een redelijk tijdsbestek ten minste gedeeltelijk af te ronden. Zo kwam het splitsingsidee weer boven drijven, naast de vraag of Milosevic tegen zijn wil een advocaat moet krijgen toegewezen.
Milosevic is echter volgens de amici tegen opsplitsing, omdat de aanklagers hun zaak al als een geheel hebben gepresenteerd: De oorlogsmisdaden, misdaden tegen de mensheid en genocide tijdens de balkanoorlogen in de jaren ’90 worden gepresenteerd als gevolg van een verondersteld ’Groot–Servisch project’ van de verdachte. Milosevic wil deze ’case’ van de aanklagers ook als een geheel beantwoorden. Ook vindt de verdachte het niet wenselijk dat getuigen meerdere keren naar Den Haag moeten komen, een argument dat eerder door de aanklagers werd gebruikt.
De aanklagers tonen zich in hun stuk bezorgd dat het bij opsplitsing van het proces, waarbij bijvoorbeeld de Kosovo–aanklacht eerst zou worden behandeld, niet meer tot de behandeling van de hoofdstukken Bosnië en Kroatië komt. Er zou dan geen veroordeling zijn die recht doet aan de slachtoffers, en Milosevic zou niet antwoorden op de genocide–aanklacht, het zwaarste verwijt dat alleen voor Bosnië wordt gemaakt.
De aanklagers blijven hun heil zoeken in het gedwongen toewijzen van een advocaat, een idee dat zij al herhaaldelijk hebben geopperd. Volgens hoofdaanklaagster Del Ponte is Milosevic, gelet op zijn gezondheidstostand, niet meer in staat zichzelf te verdedigen, zonder dat hij door een advocaat wordt bijgestaan. Zij beveelt hiervoor de amici aan die de rechtszaak vanaf het begin hebben gevolgd.
Milosevic zou dan wel nog het recht hebben vragen te stellen en verklaringen af te leggen, maar op een „gereguleerde manier". Milosevic zou niet meer het recht hebben de getuigen van de verdediging voor te bereiden omdat, volgens de aanklagers, deze activiteit zijn bloeddrukproblemen zou veroorzaken.