Congres benadrukt belang van herontwikkeling religieus erfgoed
„Voor protestanten is de kerk een schuur voor het Woord, voor rooms-katholieken is de kerk een gewijde plek.” Dat zei Carla Dik-Faber donderdag in Amstelveen.
Reliplan, specialist in kerkelijk vastgoed, had in samenwerking met nieuwswebsite Vastgoedjournaal een congres georganiseerd met als thema ”Herontwikkeling religieus erfgoed”. De bijeenkomst vond plaats in de voormalige Sint-Annakerk te Amstelveen en trok zo’n honderd belangstellenden.
Dik-Faber, Tweede Kamerlid voor de ChristenUnie, sprak over het belang van religieus erfgoed voor de maatschappij. „Kerken worden door mensen gezien als identiteitsbakens, als beelden van de geschiedenis.” Ook voor niet-christenen zijn kerken belangrijk vanwege de vele activiteiten die er rondom plaatsvinden.
Frank Strolenberg, programmaleider religieus erfgoed bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, sprak over de herbestemming van kerken. Hij stelde dat van de 6000 kerken die er nu nog in Nederland zijn 30 tot 80 procent hun religieuze functie zullen verliezen. Toch is dit volgens hem niet iets om van te schrikken. „Kerkgebouwen zijn altijd onderhevig geweest aan veranderingen. Zo heeft de Grote Kerk van Veere allerlei nevenfuncties gehad. Van boerenstal, voetbalveld en hospitaal tot de culturele bestemming die ze nu heeft.”
Duidelijk is dat veel kerken een aanvullende of andere functie zullen moeten krijgen, aldus Strolenberg. Het belang van deze gebouwen en hun interieurs is daarbij evident. De samenhang tussen gebouw, kunst en geloof maakt kerken tot de cultuurdragers bij uitstek van de afgelopen twintig eeuwen. „En daarmee tot toonbeelden van wat het betekent om mens te zijn. Niet voor niets is zo’n 40 procent van de kerken rijksmonument.”
Het kabinet reserveert flink wat middelen om de toekomst van religieus erfgoed veilig te stellen. Voor de regeerperiode tot en met 2021 is 13,5 miljoen euro beschikbaar. Een kernbegrip is daarbij het opstellen van integrale kerkenvisies. Die moeten leiden tot onderlinge afspraken over de bestemming die kerken krijgen.
In Nederland lijkt vrijwel elke nieuwe functie in een kerk gerealiseerd te kunnen worden, aldus Strolenberg. „Van boekhandel tot brouwerij, van café tot kantoor.” Inmiddels hebben 400 rijksmonumenten een andere bestemming gekregen. Dat gaat niet zonder slag of stoot. Als een kerk een rijks- of gemeentelijk monument is, dan kan er niet zonder overleg een verandering van functie worden doorgevoerd. „Het vraagt om initiatiefnemers met wilskracht en om architecten met visie en vakmanschap.”
Concluderend stelde Strolenberg dat de betekenis van kerkgebouwen voortdurend verandert, maar dat de waardering blijft. „Het telkens weer anders inrichten van kerkgebouwen past in het huidige denken in circulariteit.” Voor hem zijn kerken meer dan fysieke omhulling. „Het zijn symbolen van liefde.”
Stella van Gent, wethouder van Súdwest-Fryslan, vertelde over de situatie in haar gemeente. In deze grootste gemeente van Nederland qua oppervlakte zijn maar liefst 160 kerken te vinden in 6 steden en 83 dorpen en buurtschappen. De secularisering heeft ook hier toegeslagen. Om de toekomst van het religieus erfgoed goed in te richten, ontwikkelde de gemeente een kerkenvisie. Kern hiervan is maatwerk, aldus Van Gent. Gemeenschapszin en toekomstbestendigheid zijn daarnaast belangrijke begrippen.
Sidney van den Berg, penningmeester van parochie Willibrordus in Oss en raadslid, pleitte ervoor geen kerken te verkopen. „Dat kan maar één keer.” Hij ziet een rol voor de kerk als beheerder van vastgoed en pleitte voor meer rendementsdenken. „De kerk gaat toch geen kerken verkopen.”