Onderzoek Trafigura voor omkoping Petrobras
De internationale grondstoffenhandelaren Trafigura, Vitol en Glencore worden onderzocht door de Braziliaanse autoriteiten voor mogelijke betrokkenheid bij de grote omkoopzaak rond staatsolieconcern Petrobras. Zij hebben mogelijk smeergeld betaald aan bestuurders van Petrobras in ruil voor opdrachten.
Volgens de autoriteiten zijn er vermoedens dat tussen 2011 en 2014 de drie bedrijven meer dan 15 miljoen dollar aan steekpenningen hadden betaald, rond meer dan 160 transacties bij de koop en verkoop van olieproducten. Er zijn elf mensen opgepakt door de Braziliaanse federale politie en er zijn huiszoekingsbevelen uitgegeven.
Het onderzoek naar de smeergeldaffaire bij Petrobras heeft de naam Lava Jato (autowasserij). Bestuurders van het olieconcern gebruikten steekpenningen voor het omkopen van onder meer toppolitici en politieke partijen. Vervolgens werd met de boekhouding van Petrobras gerommeld om deze praktijken te verbergen voor autoriteiten en investeerders. Het was de grootste omkoopzaak ooit in Brazilië.
Trafigura, Vitol en Glencore wilden geen inhoudelijk commentaar geven op de kwestie. Petrobras verklaarde dat het nauw samenwerkt met de autoriteiten in het smeergeldonderzoek.
Ook andere niet nader genoemde bedrijven worden volgens de autoriteiten onderzocht op verdenking van betrokkenheid bij de zaak. De Nederlandse maritiem oliedienstverlener SBM Offshore was in het verleden eveneens betrokken bij de smeergeldaffaire en trof daarvoor kostbare schikkingen. In september trof Petrobras een grote schikking met de Braziliaanse en Amerikaanse autoriteiten.