OM: Celstraf voor achterlaten kind op CS
De 40-jarige Nabila R. nam volgens het Openbaar Ministerie (OM) een groot risico door haar toen driejarige zoontje vorig jaar achter te laten op Station Amsterdam Centraal. De officier van justitie eiste maandag bij de rechtbank in Amsterdam een celstraf die gelijk staat aan de negentien dagen die ze al heeft vastgezeten en zestig dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar.
Het achterlaten van haar zoontje op 26 november was voor de Marokkaanse R. een laatste redmiddel om hulp te krijgen, vertelde ze de rechtbank in Amsterdam. „Hij was heel erg ziek, hij praat niet, niemand kon mij helpen. De enige weg om geholpen te worden was mijn zoon op het Centraal Station achter te laten.”
R. liet het jongetje rond 13.15 uur achter op het station. Een buschauffeur ontfermde zich over hem en droeg hem over aan de politie. Die verspreidde daarop camerabeelden in de media, waarop de vrouw na een tip van iemand die haar herkende drie dagen later kon worden aangehouden. Haar voorlopige hechtenis werd eind december geschorst.
Bij haar aanhouding vond de politie in haar tas een treinkaartje naar Schiphol en een vliegticket naar Casablanca. R. zei dat ze niet echt van plan was om weg te gaan, maar dat ze in de war was en niet wist wat ze moest doen.
De vrouw is zwakbegaafd en analfabeet en had geen vaste woon- of verblijfsplaats in Nederland. Ze verbleef tijdelijk bij een vriendin, maar daar moest ze weg omdat die volgens R. niet kon omgaan met het gedrag van haar zoontje, die vermoedelijk een vorm van autisme heeft. Eerder was ze in Italië uit huis gezet bij een man, die niet de biologische vader was van het jongetje. R. heeft ook nog een dochter, die in Marokko verblijft.
Het kind verblijft momenteel bij een pleeggezin en ziet zijn moeder geregeld. Het gaat beter met hem, hij is gaan praten en gaat naar school. R. zit in een procedure voor een verblijfsvergunning. Haar advocaat verwacht niet dat ze snel weer de zorg over hem op zich kan nemen.
Volgens de officier van justitie hadden er hele ernstige dingen kunnen gebeuren met het jongetje. „Nu was er een aardige buschauffeur, maar het had ook heel anders kunnen aflopen.”
De uitspraak volgt over twee weken.