Column: De ADHD-artiest
Om muziek te maken moet je net iets anders zijn dan een ander. Eigenlijk heb je een afwijking, want de grote meerderheid die alles bepaalt in deze wereld heeft minder talent. Dus val je buiten de boot. En krijg je een stickertje. Soms een plus-stickertje: niet gewoon, maar geweldig muzikaal. Daarvan zijn er nog minder, dus heb je des te meer reden om buiten de boot te vallen.
We leven immers in de tijd van het grote gemiddelde. Er wordt in de maatschappij voor veel dingen een soort model gemaakt. Zelfs voor mensen en hun karakters. Aan de hand van de statistieken betaal je premies. Naar aanleiding van de gemiddelde voortgang worden de leerboeken op school samengesteld. De ideale leerling is voorbeeldig in gedrag, begrijpt alles direct en loopt niet vooruit op de rest van de klas. Voldoe je niet aan de middenmoot, dan kost het je bijna altijd geld. Of je wordt ondergebracht tussen ingewikkelde beschrijvingen in een of ander handboek.
Echter, ieder nadeel heeft z’n voordeel. Neuropsycholoog Gert-Jan de Haas deed onderzoek naar ADHD bij dansers en musici. Zes van de tien artiesten scoorden positief. Jammer dat de grote middenmoot blijkbaar niet om kan gaan met deze eigenschappen, want ze worden als negatief bestempeld.
Zonder ADHD dus veel minder spetterende uitvoeringen. De dirigent die niet van bewegen houdt, kan natuurlijk beter thuis blijven. Maar muziek maken vraagt meer. Onafgebroken inzet is broodnodig. Dus als je moeite hebt met stilzitten, is muziek maken een ideale bezigheid. Bergen noten moeten verzet worden. Er is geen tijd om achterover te leunen, want dan staat de muziek stil. Dat veel ADHD’ers slecht kunnen stoppen, is voor het muziek maken juist ideaal. Net als slecht kunnen plannen. Stevig oefenen is een must, maar het echte werk op het laatste moment valt niet te plannen. Ideaal voor een beetje ADHD’er. Bovendien kan het makkelijk misgaan, ondanks vele uren studie. De adrenaline giert door je lijf tijdens een adembenemende uitvoering. Als het goed is, is lang niet alles voorspelbaar. Daarom extra opletten bij die dansende noten, vergetend dat er ook nog andere dingen zijn. De hyperfocus, een prachtig kenmerk van ADHD, resulteert in een geweldige concentratie en drive. Van de honderd-en-een gedachten die in je hoofd ronddwarrelen, biedt er altijd minstens één idee nieuw perspectief om de muziek te herscheppen. Je moet tenslotte creatief zijn. En een beetje impulsiviteit kan geen kwaad. Het hoeft niet precies hetzelfde te zijn als gisteren. Wel fijnzinnig. Want artiesten zijn gevoelige mensen.
En rustiger musici? Die spelen andere muziek. Misschien meer gestructureerd en minder toccata. Verschillen in de orgelwereld moeten teruggevoerd worden op karaktereigenschappen. Niet op smaak.