Dat bepleitte prinses Margriet dinsdag tegenover de Europese ministers van Cultuur, die onder voorzitterschap van de Nederlandse staatssecretaris Van der Laan (Cultuur) vergaderden over een nieuw Europees werkplan voor cultuur. Prinses Margriet hield haar pleidooi als voorzitter van de Europese Culturele Stichting (ECS), die de afgelopen dagen tijdens een conferentie een aantal aanbevelingen voor de ministers opstelde.

Een deel (100.000 euro) van het cultureel actieplan van de ECS is bestemd voor een cultureel programma dat toereikend moet zijn voor de uitgebreide Unie en haar buren in (Zuid)oost-Europa en aan de andere kant van de Middellandse Zee. Verder zou de EU het mogelijk moeten maken dat jaarlijks 10.000 kunstenaars en personen uit de culturele wereld over de grens hun kunsten gaan vertonen. Een ”Laboratorium voor Culturele Samenwerking” zou kunnen fungeren als een knooppunt van informatie en dienstverlening voor de culturele sector en beleidsmakers.

De afgelopen dagen hebben 180 kunstenaars, beleidsmakers en andere figuren uit de kunstwereld uit 35 Europese landen deze aanbevelingen opgesteld. Ze vinden dat culturele samenwerking binnen de EU nu nog een ondergeschoven kindje is, terwijl juist cultuur het nodige bij kan dragen aan de vorming van Europees burgerschap.

Dit is ook een thema waar de ministers van Onderwijs en Cultuur gistermorgen bij stilstonden op de tweede dag van hun informele bijeenkomst onder voorzitterschap van de Nederlandse minister Van der Hoeven (Onderwijs). Onderwijs en cultuur zijn van essentieel belang bij de vorming van Europees burgerschap en het bevorderen van een sociale samenhang binnen Europa, concludeerden de ministers. Daarom moeten culturele activiteiten en faciliteiten voor een groter publiek toegankelijk worden.

Omdat onderwijs veel kan bijdragen aan belangstelling voor cultuur, zullen Van der Hoeven en Van der Laan in oktober hun Europese collega’s tijdens de conferentie ”Cultuur in school” laten zien hoe Nederland cultuureducatie in praktijk brengt.

Gistermiddag praatten de ministers van Cultuur onder leiding van Van der Laan over een nieuw Europees werkplan voor cultuur dat verder gaat dan het half jaar van het Nederlands voorzitterschap. De vergadering schaarde zich achter het voorstel van Van der Laan om een plan voor de jaren 2005 en 2006 op te stellen. Dit zou ook concrete voorstellen moeten bevatten die verder gaan dan resoluties uit eerdere plannen.

De ministers van Cultuur beperkten zich dinsdag nog tot de algemene voorwaarden waaraan zo’n werkplan moet voldoen. Zo mag het idee dat cultuur een bindende factor is binnen Europa niet tot culturele eenheidsworst leiden. Ook waren de ministers het erover eens dat de ”creatieve industrie” kan bijdragen aan een economisch sterk Europa. Op het pleidooi van de ECS kwam dinsdag nog geen reactie.