TUA-rector Selderhuis: Behoefte aan voorgangers die kunnen deelnemen aan debat
Er is behoefte aan mensen die de boodschap van de kerk naar buiten kunnen uitdragen, zei prof. dr. H. J. Selderhuis maandagmiddag bij de opening van het academisch jaar van de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA).
De TUA is bezig met plannen die tegemoetkomen aan nieuwe behoeften, aldus prof. Selderhuis. De rector schetste een toekomstperspectief voor de christelijke gereformeerde universiteit. „Naast blijvende behoefte aan de traditionele gemeentepredikant is er steeds meer vraag naar mensen die de boodschap van de kerk naar buiten kunnen uitdragen. Mensen die in staat zijn gemeenten te stichten en de capaciteiten hebben actief deel te nemen aan maatschappelijke discussies.”
Het plan behelst internationalisering van onderwijs en onderzoek en het versterken van contacten met kerken in en buiten de Christelijke Gereformeerde Kerken. Ook de organisatiestructuur van de universiteit wordt onder de loep genomen. Prof. Selderhuis sprak van de lijn 1517-1618-2019: „traditiebewuste en toekomstgerichte wetenschappelijke theologie.”
De Apeldoornse universiteit start dit studiejaar met 25 nieuwe voltijdstudenten, 3 meer dan vorig jaar. Verder hebben er zich twee nieuwe contractanten aangemeld en twee studenten die in het kader van een tweede inschrijving aan de TUA gaan studeren. Het totaalaantal studenten komt daarmee op 132. Ook zijn er 42 promovendi, van wie er 13 uit het buitenland afkomstig zijn. Ds. P. J. D. Buijs volgt ds. C. van Atten op als voorzitter van het curatorium.
Aansprekende beelden
Prof. dr. M. J. Kater hield een rede met de titel: ”Heden, indien u Zijn stem hoort”. Hij vergeleek de brief aan de Hebreeën met een preek, weliswaar lang en moeilijk, maar ook aansprekend en actueel. Het aansprekende zit voor hem al aan het begin van de brief.
Hij noemde verder het directe spreken van God. „De citaten uit het Oude Testament worden niet ingeleid met „zoals er staat”, maar met „zoals gesproken is.” De stem van God is persoonlijk en relationeel. Het spreken van God is verbonden met het heden, zoals genoemd in Psalm 95.”
Als andere karakteristieken voor de brief noemde prof. Kater een aantal aansprekende stijlfiguren, zoals het gebruik van de beelden van een woestijnreis, de berg Sinaï en een tempel. „De visuele achtergrond van het boek wordt gevormd door de tabernakel met het gebeuren op de Grote Verzoendag, waardoor de luisteraar zich in de inhoud kan verplaatsen.”
De actualiteit heeft volgens prof. Kater te maken met de achtergrond. Er was toen sprake van een geloofscrisis. „De brief aan de Hebreeën was bedoeld tot versterking en verdieping van een verzwakt geloof. De remedie daartegen is het hoogste lied te zingen over God.”
Ds. Buijs mediteerde over Psalm 119:15 en 16. Een gevaar van het beoefenen van theologie is, aldus de predikant uit Nunspeet, het Woord van God te bestuderen als een technisch iets. Hij waarschuwde: „Vergeet je ziel niet als je met theologie bezig bent. Meditatief leven staat onder grote druk. Vergeet de persoonlijke omgang met de Heere niet.”