Zorgen over water, maar het fruit is verrukkelijk
Provincie, gemeenten, waterbedrijf Evides en de fruitteeltsector moeten samen het probleem van het zoetwatertekort bij Zeeuwse boeren aanpakken. Dat zei vicevoorzitter Van ’t Westeinde van de NFO/ZLTO-vakgroep fruitteelt maandag bij de start van de fruitpluk in Zeeland.
„Veel zoet water stroomt nog de Westerschelde in, vanuit de Brabantse Wal, vanuit de nieuwe woonwijken die we hier bouwen. Je zou dat water na gebruik ook kunnen aftappen, in een reservoir opslaan en opnieuw inzetten”, zei Van ’t Westeinde in Hoedekenskerke, waar op fruitteeltbedrijf Steijn het startsein werd gegeven voor de Zeeuwse fruitpluk.
De burgemeesters Hieltjes van Kapelle en Dijksterhuis van Borsele hielpen daar een uurtje mee met de pluk van de eerste conferenceperen en staken zo de fruittelers symbolisch een hart onder de riem.
De Zeeuwse fruitteelt heeft een pittig jaar achter de rug, met een nat voorseizoen, plaatselijk forse hagelschade en langdurige droogte deze zomer.
Slang in de Linge
Zowel Van ’t Westeinde als de burgemeesters kaartten gisteren het zoetwatertekort van de Zeeuwse landbouw aan. „We moeten kijken naar de toekomst. In Gelderland kunnen boeren een slang in de Linge leggen en met een beetje dieselolie en een pomp hun grond nathouden”, zei de NFO/ZLTO-bestuurder. In Zeeland echter is zoet water niet direct voorhanden, en daardoor staat het rendement van de fruittelers onder druk, waarschuwde fruitteler Steijn.
Van ’t Westeinde: „Sommige telers hebben een eigen waterbron, maar met de droogte van de voorbije maanden ging de druk natuurlijk naar beneden als veel mensen tegelijk de kraan opendraaiden. Dan heb je voor in je boomgaard water maar achterin niet meer.”
Volgens hem moeten de provincie Zeeland, gemeenten en de sector samen werken aan oplossingen. „Wij willen als sector daaraan meebetalen, als we er ook rendement van hebben. Het zal niet één oplossing zijn, het zullen er meerdere moeten zijn.”
Zo bepleitten hij en Steijn dat het Volkerak-Zoommeer bij Tholen een zoetwatermeer blijft. Er zijn plannen om dat gebied te verzilten. „Zoet water is voor ons van levensbelang. Waarom dan toch de gedachte om bepaalde wateren zout te maken?” vroeg Steijn zich hardop af.
„Nu we door de klimaatverandering te maken krijgen met langere perioden van droogte en langere natte perioden, moet iedereen zijn verantwoordelijkheid nemen”, aldus burgemeester Hieltjes. „Als overheid moet je daarin faciliteren, de ondernemers zelf zouden kunnen overwegen om met collega’s vijvers voor zoetwaterberging aan te leggen waarin het water van een langdurige plensbui kan worden bewaard totdat het later in droge perioden weer kan worden benut.”
Fruitteler Steijn teelt drie soorten peren en één appelras. Hij rekende voor dat hij sinds afgelopen juni vanwege de droogte zijn fruitbomen dagelijks ongeveer 150 kuub water gaf; omgerekend kostte hem dat zo’n 1000 euro per dag. „We moeten voorkomen dat Zeeland op achterstand komt door de klimaatverandering”, onderstreepte Van ’t Westeinde, die zelf ook fruitteler is. Hij wil daarom meer onderzoek naar nieuwe methoden om water in de bodem langer vast te houden. „In het verleden hebben wij ons daar als sector te weinig mee beziggehouden. Ik denk dat er op dit punt een omslag in het denken nodig is. In de boomgaard hier in Hoedekenskerke is bijvoorbeeld champignonmest uitgestrooid, organisch materiaal dat lang water vasthoudt.”
Verrukkelijk
De NFO/ZLTO-bestuurder gaf aan dat de droogte één voordeel opleverde: „De appels en peren zijn verrukkelijk, want door de droogte is de zogeheten Brixwaarde van het fruit goed. Dat betekent dat ze een mooi suikergehalte hebben. De appels en peren zullen dus prima smaken, en als de consument bereid is daarvoor een paar eurocent extra uit te geven, komt het bij ons goed.”
Voordat beide burgemeesters aan de slag gingen in de perenboomgaard aan de Moertjesdijk, concludeerde Hieltjes nog dat Zeeland dankzij het hoge aantal zonuren en de uitstekende kwaliteit van de plaatselijke fruitteeltbedrijven de lekkerste conferencepeer van Nederland heeft. „Maar dat moeten we als Zeeuwen dan ook uitdragen”, aldus Van ’t Westeinde.
De burgemeesters erkenden het grote economische belang van de fruitteelt voor hun gemeenten. „Als het goed gaat in de fruitteelt, gaat het goed met ons”, zei Dijksterhuis. Met een fruitbomenareaal van 1400 en 700 hectare zijn Borsele en Kapelle de grootste fruitteeltgemeenten van het land.