De Praagse Lente, een poging om het communisme te hervormen
Hij is voor vakantiewerk in Oostenrijk als Warschaupacttroepen in de nacht van 20 op 21 augustus 1968 een einde maken aan de Praagse Lente in zijn vaderland. Moet hij terug of niet? Hans Renner kiest voor de vrijheid, maar „het was tegen een hoge prijs.”
Prof. dr. Hans Renner (1946) weet waar hij het over heeft als het om de Praagse Lente gaat. Als jonge Tsjechoslowaakse student maakte hij de hervormingen van nabij mee. En als voormalig hoogleraar Oost-Europese geschiedenis –Rijksuniversiteit Groningen– kan hij het gebeuren van 1968 in historisch perspectief plaatsen.
Tweede helft jaren zestig is Renner werkstudent. Aan de universiteit van Praag studeert hij geschiedenis en wijsbegeerte. In de zomermaanden verdient hij wat bij als pianist in een hotel in Oostenrijk. Als Tsjechoslowakije wordt binnengevallen staat hij ineens voor de keus. „Terug naar mijn vaderland, waar de vrijheid werd ingeperkt, of in het vrije Westen blijven.”
Een brief van een Nederlands gezin dat hij in het hotel heeft leren kennen brengt uitkomst. „Hans, als je hulp nodig hebt, moet je het maar zeggen. Wij kunnen je bijstaan.” Renner gaat op het aanbod in en met een tas vol boeken, twee overhemden en wat ondergoed gaat hij liftend naar Nederland.
Een jaar later ontvangt Renner een oproep van het nieuwe Tsjechoslowaakse regime. Terugkeren, luidt de boodschap. Renner, die intussen aan de Rijksuniversiteit Utrecht studeert, negeert het bevel en wordt daarom door de regering in Praag als misdadiger aangemerkt.
Het betekent dat hij niet meer terug kan naar zijn ouders in Tsjechoslowakije. Andersom kunnen zijn vader en moeder hun zoon niet bezoeken. Renner: „Als je gaat trouwen en je ouders mogen niet komen, dan is dat best hard. Ik begrijp Máxima heel goed.”
Toch heeft Renner geen spijt van zijn keus. „In Nederland ging alles van een leien dakje. Ik leerde al snel mijn vrouw Justa kennen, die in Utrecht Spaans studeerde. Na mijn studie in Utrecht ben ik gepromoveerd en uiteindelijk ben ik aan de Rijksuniversiteit Groningen aangesteld. Ik mag niet klagen.”
Hoe kunnen we de Praagse Lente verklaren?
„Samenvattend, het was een geweldloze opstand tegen het stalinistische communisme. Binnen de Communistische Partij kwam er een hervormingsbeweging tot stand die zich verzette tegen de oude stalinisten zoals Novotny. De oude stalinisten moesten daarop het veld ruimen. Met de benoeming van Alexander Dubcek tot partijsecretaris in januari 1968 werd de weg geopend naar wat wij de Praagse Lente noemen.”
Wat hield de Praagse Lente concreet in?
„In één woord: hervormingen. Het socialisme met een menselijk gezicht was communistisch, maar duidelijk met andere accenten en vooral met meer vrijheid: denk aan vrijheid van reizen en vrijheid van meningsuiting. De mensen proefden aan de vrijheid. Het waren geweldige maanden. Dubcek was dus bijzonder populair bij de bevolking.”
Het volk leefde op.
„Ja, enorm. Het enthousiasme was misschien naïef, maar het was groot. Het was misschien de eerste keer in de geschiedenis van het communisme dat een leider onder grote delen van de bevolking populair werd. Fidel Castro overkwam het ook, maar alleen in zijn eerste jaren.”
Valt de Praagse Lente met de Hongaarse opstand van 1956 te vergelijken?
„In Tsjechoslowakije was geen opstand, de hervormingen kwamen van binnenuit, vanuit de partij. De partij ging zich hervormen. In Hongarije was de opstand tegen de communisten gericht en kwam dus vooral van buiten. Toen de Sovjets Hongarije binnenvielen hebben de Hongaren zich heldhaftig verdedigd. Dat hebben de Tsjechen en Slowaken niet gedaan.”
Waarom is dat niet gebeurd?
„Dat zit niet in hun mentaliteit. De Tsjechische geschiedenis heeft een geweldige geweldloze traditie. De scheiding van Tsjechië en Slowakije verliep ook volledig in vrede.”
Dat verklaart dus het relatief geringe aantal van honderd slachtoffers.
„Er is geen enkel schot tegen de Russen gelost. Als er Russen omkwamen dan gebeurde dat door ”collateral damage”. Aan Tsjechoslowaakse kant is een beperkt aantal slachtoffers gevallen, vooral door soldaten die hun zenuwen niet in bedwang konden houden. De Tsjechoslowaken hebben zich niet met geweld verzet, maar met het woord. Ze stelden vragen aan de bezetters: Waarom zijn jullie hier gekomen? Wat hebben jullie hier te zoeken? Na drie dagen raakten de Russische troepen gedemoraliseerd, met als gevolg dat ze werden vervangen door eenheden uit Centraal-Azië die geen band met de Tsjechoslowaken hadden. Toen ging het er harder aan toe.”
Waarom waren de Sovjets zo bang voor het socialisme met een menselijk gezicht?
„Het was een zeer aantrekkelijk alternatief voor het communisme. Voor de Russen was er slechts één model, en dat was het communistische Sovjetmodel. Wat daarvan afweek werd onderdrukt. Daarom hebben ze, na wikken en wegen, militair geïntervenieerd. Het regime van Brezjnev heeft uiteindelijk geen andere mogelijkheid gezien dan grijpen naar geweld en Dubcek naar Moskou als een misdadiger met een geweer in de rug afvoeren.”
Moest Dubcek het zich aanrekenen dat hij te ver was gegaan met de hervormingen?
„Nee, niemand kon zich voorstellen dat de Russen die het land in 1945 hadden bevrijd, in 1968 het land zouden bezetten. Daarom was de schok zo groot. Dat werd gezien als verraad, als buitenproportioneel. De inval gebeurde met dezelfde kalasjnikovs van ruim twintig jaar daarvoor en met praktisch dezelfde tanks.”
De Russische bezetting van de Krim riep bij Renner herinneringen op aan de inval in Tsjechoslowakije. „Net als in 1968 waren er bij de Krim van die groene mannetjes en werden er manoeuvres gehouden. Tegelijkertijd ontkende het Kremlin dat een militaire ingreep ophanden was. Tot op de dag van vandaag zit ons dat behoorlijk dwars.”
Heerst er onder de Tsjechen nog altijd angst voor de Russen?
„Niet direct. Zorgen heersen er vooral over het uit elkaar drijven van de Europese Unie. Poetin is daar behoorlijk succesvol in.”
Heeft de Praagse Lente op de een of andere manier zin gehad? Ik las ergens: Het einde van de Praagse Lente was het demasqué van het communisme.
„Dat zou je kunnen zeggen, maar niet geheel. Het was een duidelijk teken dat het Sovjetcommunisme faalde. Aan de andere kant moet je zeggen dat de Praagse Lente gelukkig is overvleugeld door de val van de Muur in 1989. Met dat gegeven in je achterhoofd moet je concluderen dat de Praagse Lente niet meer dan een poging was om het communisme te hervormen.”
Ging u overigens direct naar uw ouders in Tsjechoslowakije toen de Muur in 1989 viel?
„Toen de Muur viel was ik voor een jaar met het hele gezin als ”visiting professor” aan een universiteit in de Verenigde Staten verbonden. Pas in de zomer van 1990 kwamen wij terug naar Europa. De kinderen gingen rechtstreeks naar opa en oma in Haarlem en Justa en ik vertrokken onmiddellijk naar Tsjechoslowakije. Mijn moeder leefde nog, maar mijn vader was helaas in 1982 overleden. Spijtig genoeg heeft hij de val van het communisme niet mogen meemaken.”
De Praagse Lente: socialisme met een menselijk gezicht
In het voorjaar van 1968 probeert de Communistische Partij van Tsjechoslowakije een ”socialisme met een menselijk gezicht” te vestigen. Deze poging gaat als de Praagse Lente de geschiedenis in. De Sovjet-Unie veroordeelt de poging en draait met geweld de hervormingen terug.
Als begin januari Alexander Dubcek als eerste secretaris van de Tsjechoslowaakse Communistische Partij Antonin Novotny opvolgt maakt men zich in de andere socialistische landen nog geen zorgen. Dat verandert wanneer Dubcek de burgers betere levensomstandigheden en meer vrijheid in het vooruitzicht stelt. Hij heft de perscensuur op en staat oogluikend politieke clubs toe. De communistische partijen van de andere Oost-Europese staten zien hun monopolie in gevaar komen.
Eind maart 1968 wordt de Tsjechoslowaakse partijleiding naar Dresden geroepen voor een economische conferentie. Dat blijkt een verzinsel. Dubcek wordt te verstaan gegeven dat hij zijn hervormingskoers moet opgeven en het monopolie van de partij moet herstellen. De Russische leider Brezjnev zegt te hopen dat Dubcek in staat is „een einde te maken aan deze zeer gevaarlijke ontwikkeling.” Dreigend voegt hij eraan toe: „Als dat niet mogelijk is, dan kunnen we niet passief toekijken wat er in Tsjechoslowakije gebeurt.”
Dubcek belooft beterschap, maar de hervormingen gaan intussen gewoon door. Daarop vallen in de nacht van 20 op 21 augustus 500.000 militairen van het Warschaupact Tsjechoslowakije binnen. Bij de inval komen in totaal honderd Tsjechoslowaakse burgers om het leven. Van het Warschaupact vinden vijftig militairen de dood.
Dubcek moet een verklaring ondertekenen waarin de hervormingen worden teruggedraaid. Een jaar later wordt hij uit zijn functie ontheven en vervangen door Gustav Husak. Dubcek krijgt een baan als boswachter. Tsjechoslowakije is terug bij af.