Kerk & religie

Gods geduld

Exodus 17:2b

Johann Jakob Rambach
16 August 2018 09:27Gewijzigd op 16 November 2020 13:55

„Wat twist gij met mij? Waarom verzoekt gij de Heere?”

Mozes stelde de Israëlieten kort hun onbetamelijkheid voor door te zeggen: „Wat twist gij met mij? Waarom verzoekt gij de Heere?” Echter, hij hield het niet voor raadzaam om met deze onbezonnen menigte, die al naar de stenen greep (vers 4), lang te twisten.

Maar hij ging tot God en bad Hem, niet om wraak en straf over zulke bloeddorstige aanslagen, maar om onderricht en hulp. Zoals nu Mozes hierin een navolger van God in Zijn geduld en lankmoedigheid geweest is, zo mogen wij Mozes daarin wederom navolgen, en ook in zodanige omstandigheden alle lijdzaamheid leren bewijzen. God laat Zich dan door het gebed van Mozes verbidden, om die nood en meteen de onstuimige woede van het volk door een wonder tegen te gaan. Daartoe wordt Mozes een rotssteen aangewezen, een deel van de berg Horeb.

God had een wolk uit de zee kunnen laten opkomen en daaruit, nadat Hij die door de wind in deze landstreek gebracht had, water over hen laten regenen, zoals het geschied is in 1 Koningen 18:44 en 45. Hij had ook een fontein uit de losse aarde kunnen laten ontspringen, waaruit hun dorst had kunnen gelest worden. Maar het behaagde Hem uit een harde en vaste steenklip klaar water voort te brengen, als bewijs van Zijn almacht, om hun hardheid te beschamen, tot een heerlijk teken.

Johann Jakob Rambach, theoloog in Giessen (”Voorbeeld en tegenbeeld”, 1763)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer