Journaal staat geen mkz-beelden af
Het NOS-Journaal weigert beelden af te staan die zijn gemaakt van rellen tijdens de mond- en klauwzeercrisis in Kootwijkerbroek. Die rellen hadden in 2001 op 30 maart en 7 april plaats.
Op 25 februari van dit jaar heeft het openbaar ministerie in Arnhem bij de NOS zowel uitgezonden- als niet-uitgezonden beelden gevorderd in een poging strafbare feiten op te sporen.
Volgens de hoofdredactie van het journaal gaat het OM op onverantwoorde wijze om met de belangen van de journalistiek. Alleen in zaken van leven en dood en zaken die de rechtsorde schokken, is volgens de NOS een dergelijke vordering van justitie te billijken.
Maar in een dinsdag verzonden brief van het journaal aan de leiding van het OM stelt de hoofdredactie dat ook bij mindere zaken een beroep wordt gedaan op de journalistiek. „Naar onze opvatting gaat het openbaar ministerie de laatste tijd te lichtvaardig om met de belangen van de journalistiek, van individuele journalisten en cameraploegen, door als de stand van het onderzoek het in de ogen van het OM verlangt, met terugwerkende kracht van journalisten en cameraploegen onvrijwillige medewerkers van het opsporingsapparaat te maken.”
Het NOS-Journaal overweegt in gevallen waarin kan worden vermoed dat beelden later door het OM zullen worden opgeëist, dat materiaal niet of anders te archiveren dan tot nu toe gebruikelijk. Eerder al heeft de NOS gesuggereerd om het OM zelf beelden te laten maken tijdens gebeurtenissen als in Kootwijkerbroek.
In de brief aan het OM vraagt het journaal om een gesprek over de kwestie. Als het nodig is, stapt de nieuwsrubriek naar de rechter.
De voorzitter van journalistenvakbond NVJ, R. Abram, vindt de constatering van de hoofdredactie van het NOS-Journaal een open deur. „Dit probleem speelt al twintig jaar. Als NVJ vinden wij het zeer verwerpelijk dat de journalistiek wordt gebruikt als een verlengstuk van justitie. Ons standpunt is dat hoofdredacteuren moeten weigeren hun materiaal af te staan. Als de NOS zich tot ons wendt, zullen we schouder aan schouder optreden tegen justitie.”