Dat bleek vrijdag uit cijfers van stichting Skal, die de certificaten voor de biologische landbouw uitgeeft.

Volgens de laatste peiling, op 1 april 2004, wordt 41.318 hectare landbouwgrond gebruikt voor biologische akkerbouw en veeteelt. Dat is 3,7 procent minder dan begin dit jaar. In diezelfde periode besloten 87 boeren (5,7 procent) te stoppen met de biologische productie.

Een enkeling heeft de landbouw voorgoed vaarwel gezegd. Anderen zijn teruggeschakeld naar de gangbare landbouw. Skal laat in de Eko-Monitor van Biologica, het platform voor biologische landbouw en voeding, weten dat de meeste boeren uit de biologische boot zijn gestapt omdat ze te weinig vertrouwen hebben in een gezonde ontwikkeling van de markt voor biologische producten.

Of dat gebrek in vertrouwen helemaal terecht is, valt nog te bezien. Ondanks de economische malaise en de prijzenslag in de supermarkten hebben consumenten in het eerste kwartaal meer biologisch voedsel gekocht. Kochten zij in de eerste drie maanden van 2003 samen voor 98 miljoen euro van deze producten, in dezelfde periode dit jaar hebben zij 102 miljoen euro besteed.

De krimp in de biologische landbouw is in 2002 ingezet. Toen werd op 42.610 hectare landbouwgrond biologisch verbouwd. Vorig jaar was daar nog 41.865 hectare van over.