Futuristisch museum naast Romeinse arena
De archeologische collectie van Nîmes groeit met de dag. Ze is te zien in een nieuw museum. In het Zuid-Franse Nîmes verrees naast de 2000 jaar oude Romeinse arena een hypermodern archeologisch museum. Het is sinds begin juni open voor het publiek.
De Romeinen mogen dan al 1600 jaar weg zijn uit Nîmes, de erfenis die ze achterlieten drukt nog altijd een stempel op de stad. Her en der staan mooi geconserveerde Romeinse monumenten, maar het onbetwiste hoogtepunt is toch wel de arena. Het bombastische bouwwerk met rondom in totaal 120 gewelven kan bogen op een illustere geschiedenis vol lugubere gladiatorenspektakels. Na de val van het Romeinse Rijk kreeg de arena talloze andere bestemmingen en tegenwoordig kijkt de massa vanaf de tribunes naar optredens van wereldberoemde artiesten en het –ook tamelijk bloederige– stierenvechten.
Waar het moderne leven –muziek, sport en andere evenementen– zich in de arena afspeelt in een 2000 jaar oud decor, wilde het stadsbestuur van Nîmes het met het nieuwe archeologische museum radicaal andersom doen. De imposante archeologische collectie van de stad verdiende het volgens de plannenmakers in een moderne, eigentijdse sfeer te worden tentoongesteld. Als een soort omgekeerde brug tussen verleden en heden. Om het statement van de dialoog tussen twee tijdperken te onderstrepen, moest het nieuwe Musée de la Romanité pal naast de beroemde arena komen te staan. Nu het klaar is en sinds juni open voor het publiek, kan iedereen beamen dat het contrast tussen beide bouwwerken niet groter kan. Maar schijn bedriegt.
Stiksel
Het futuristisch ogende vierkante museum lijkt in eerste instantie te vloeken met de antieke, ellipsvormige arena. Maar met de duizenden doorschijnende matglazen tegels (een verwijzing naar de veelgebruikte mozaïekvloeren in de oudheid) die licht welvend als een beschermend kleed (een Romeinse toga) om het gebouw heen zijn gedrapeerd, krijgt het geheel een verrassend sierlijke uitstraling. Op verschillende plekken zijn spleten gecreëerd die het doekeffect nog eens vergroten. Met grote zwarte krammen wekt het zelfs de illusie van een stiksel. De architecte Elizabeth de Portzamparc is er in haar ontwerp opvallend goed in geslaagd om een evenwicht met de beroemde buurman te vinden. Het museum trekt de aandacht, maar dringt zichzelf niet op. De arena is en blijft de grote ster aan de Boulevard des Arènes.
Overal geschiedenis
Het nieuwe museum was nodig omdat het vorige gebouw, een 17e-eeuwse jezuïetenschool, uit zijn voegen barstte. De archeologische collectie van Nîmes dijt dan ook zo’n beetje dagelijks uit. Steek op een willekeurige plek een spade in de grond en je stuit geheid op het rijke verleden van de stad, waarvan de opbloei in de tijd van keizer Augustus –de eerste eeuw voor Christus– begon.
Nîmes, dat in de Romeinse tijd Nemausus heette, lag op de route van Italië naar het Iberische schiereiland en romaniseerde daardoor geleidelijk. Als dank voor de steun van de lokale bevolking aan Julius Caesar bij diens verovering van de noordelijke Gallische gebieden kreeg de stad van diens opvolger en adoptiefzoon Augustus toestemming om een sterke verdedigingsmuur te bouwen. Daarnaast kreeg de bevolking een groot forum (de tempel is er nog, zie ”Bezienswaardigheden”) en een 50 kilometer lang aquaduct, waarvan de beroemde Pont du Gard een onderdeel was, dat de stad van stromend water voorzag.
De welvaart van het Romeinse Nemausus duurde tot de derde eeuw, een periode waaruit talloze vondsten stammen. In 2006 nog groeven archeologen vlak voor de bouw van een ondergrondse parkeergarage aan een drukke avenue in het centrum van de stad een keur aan bodemschatten op. Een vrijwel complete mozaïekvloer die in de tweede eeuw na Christus de ontvangstruimte van een Romeinse villa sierde, is nu een van de pronkstukken van het Musée de la Romanité. Leuk is dat het museum ook een korte film vertoont van de opgravingen.
Uitgelicht en gerangschikt
Het Musée de la Romanité is speciaal ontworpen voor de archeologische verzameling, en dat maakt dat de 5000 objecten niet willekeurig zijn uitgestald, maar zorgvuldig zijn uitgelicht en gerangschikt in ruime zalen. Zo zijn er speciale nissen voor stèles en verhoogde ‘bakken’ voor mozaïeken. En, ook verfrissend in taal-fobisch Frankrijk: veel van de beschrijvingen zijn naast het Frans ook in het Engels. Het interieur ‘ademt’ door de geregelde doorkijkjes die je tijdens de rondgang op de arena ernaast hebt. En voor een geweldig uitzicht begeef je je naar de archeologische tuin op het dak, waar je de stad van bovenaf kunt zien. Behalve de arena aan je voeten zie je in de verte La Tour Magne staan, de toren die ooit onderdeel was van de Romeinse stadsmuur. Zo groot was de stad dus toen al. Hoeveel waardevolle bodemschatten zullen hier nog in de grond zitten? En: wanneer zal ook dit net geopende museum alweer te klein zijn?
>>museedelaromanite.fr
Bezienswaardigheden
Het ”Franse Rome”, zoals Nîmes ook wel wordt genoemd, is verwend met een paar van de best bewaarde architectonische hoogstandjes uit het Romeinse Rijk. Maison Carré bijvoorbeeld, de best bewaarde tempel uit de Romeinse oudheid. Ook de spectaculaire stadspoort van Augustus is een bekende bezienswaardigheid, net als de verdedigingstoren La Tour Magne en, zo’n 20 kilometer van de stad, de Pont du Gard, onderdeel van het aquaduct. Al deze bouwwerken kwamen rond het begin van onze jaartelling tot stand. De arena werd in de tweede helft van de eerste eeuw gebouwd, naar het voorbeeld van het Colosseum in Rome.
In het Musée de la Romanité is naast de vaste collectie ook een tijdelijke tentoonstelling ingericht over gladiatoren. ”Gladiators. Heroes of the Colosseum” is te zien tot en met 24 september.