Veiligheidswet geeft Irak macht
De Iraakse premier Iyad Allawi heeft vandaag een nieuwe veiligheidswet ondertekend waardoor zijn interim-regering in de strijd tegen opstandelingen verreikende veiligheidsmaatregelen mag nemen.
Ondertussen kwamen dicht bij het huis van Allawi in Bagdad mortiergranaten terecht en vochten Amerikaanse militairen in het centrum van de Iraakse hoofdstad vuurgevechten uit met opstandelingen.
De inhoud van de wet, die wordt gezien als de eerste belangrijke maatregel van de tijdelijke regering, was vandaag aan het eind van de ochtend nog niet exact bekend. Amerikaanse media wisten te melden dat Allawi de directe zeggenschap krijgt over leger, politie en inlichtingendiensten en in probleemgebieden de staat van beleg kan uitroepen. Het leger kan dan wegblokkades opwerpen, een avondklok instellen en verdachten voor een beperkte tijdsduur oppakken, zo meldden anonieme zegslieden van de regering.
De wet was al enige tijd in voorbereiding, maar de invoering ervan werd enkele malen uitgesteld. Allawi heeft geprobeerd in het document nog zwaardere maatregelen op te nemen, meldde een goedingelichte bron in de Washington Post van vandaag. Deze voorstellen stuitten echter op bezwaren van andere kabinetsleden en buitenlandse machten en zijn daarom uit eerdere ontwerpteksten geschrapt.
De wet beperkt de macht van Allawi omdat het uitroepen van de noodtoestand de instemming van de president en de twee vice-presidenten nodig heeft. Ook moet ten minste de helft van het 32 koppen tellende kabinet ermee instemmen. De hoogste Iraakse rechtbank heeft het recht om zo’n maatregel te verbieden.
De tijdelijke machthebbers, die op 28 juni het bestuur overnamen van de Amerikaanse bezettingsmacht, kondigen naar verwachting binnenkort ook een amnestie aan voor opstandelingen. Een dergelijk generaal pardon geldt alleen voor personen die niet direct betrokken zijn geweest bij aanvallen. De regeling drijft een wig tussen de Iraakse bevolking en de rebellen, zo wordt gehoopt.
Enkele uren voordat de wettekst officieel zou worden bekendgemaakt, vuurden opstandelingen vlak bij de woning en het hoofdkwartier van Allawi’s partij mortiergranaten af. Daardoor vielen zeker vijf gewonden. Volgens ooggetuigen en de politie werd een medische hulppost nabij de woning getroffen door twee projectielen.
Later in de ochtend bestookten rebellen in het centrum van Bagdad ook Amerikaanse militairen en Iraakse veiligheidstroepen. Vanaf een afstand waren mitrailleurvuur en granaatexplosies te horen. Een Amerikaanse legerwoordvoerder zei dat de tegenstanders mogelijk buitenlandse strijders waren. De politie maakte in Bagdad verder een bom van 750 kilo onschadelijk.
Veiligheidsdiensten wisten dinsdag in de stad Khalis niet te voorkomen dat op een herdenkingsdienst voor een slachtoffer van de rebellen een zware autobom ontplofte. Het explosief eiste zes levens. Tientallen aanwezigen raakten gewond. Het was de ergste aanslag sinds de interim-regering de macht van de Amerikanen had overgenomen.
Gevechten in de provincie al-Anbar kostten dinsdag aan zeker vier Amerikaanse mariniers het leven. Alleen deze week al sneuvelden in al-Anbar veertien Amerikanen. De provincie, waarin onder meer Fallujah ligt, geldt als een bolwerk van soennitisch verzet. Door een raketaanval op een kampement van het Iraakse leger in Taji, ten noorden van Bagdad, kwamen dinsdagavond vijf Iraakse militairen om.
Intussen krijgt de interim-regering hulp uit onverwachte hoek. Een onbekende groep heeft gedreigd Abu Musab al-Zarqawi te doden als de Jordaniër niet vertrekt uit Irak. De Amerikanen denken dat hij het terroristennetwerk al-Qaida in Irak leidt en voor veel aanslagen verantwoordelijk is.
Amerikaanse regeringsfunctionarissen hebben herhaaldelijk gezegd dat Irak een grote aantrekkingskracht op buitenlanders heeft. Allawi zei maandag nog dat de instabiliteit voor een deel te wijten is aan buitenlandse strijders. Zij komen Irak ongestoord binnen vanuit Syrië en Iran, stelde Allawi.
Een ontvoerde Amerikaanse marinier van Libanese herkomst is volgens zijn broer vrijgelaten. Radicale moslims verklaarden in het weekeinde nog dat zij Wassef Ali Hassoun hadden onthoofd. De Amerikaanse strijdkrachten hebben de vrijlating van de militair nog niet bevestigd.
Uit een onderzoek van de krant USA Today blijkt dat minder dan 2 procent van de 5700 mensen die in Irak vastzitten op verdenking van operaties tegen de coalitietroepen en tegen methen samenwerkende Irakezen, van buitenlandse herkomst is. Uit de cijfers is af te leiden dat Irakezen achter het verzet zitten.
Amerikaanse regeringsfunctionarissen hebben herhaaldelijk gezegd dat Irak een grote aantrekkingskracht op buitenlanders heeft. Allawi zei maandag nog dat de instabiliteit voor een deel te wijten is aan buitenlandse strijders. Zij komen Irak ongestoord binnen vanuit Syrië en Iran, stelde Allawi.