Dat zei Mark Bokdam, dronespecialist bij Brandweer Nederland, woensdag tegen het Reformatorisch Dagblad. Enkele weken geleden gaf de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat groen licht voor de nachtelijke inzet van drones. Burgers en bedrijven mogen nooit ’s nachts vliegen met het luchtvaartuigje.

Voor de nachtelijke inzet is een speciale dronekap ontwikkeld. Daarop zit rode, groene en witte verlichting. „Zo blijft de drone zichtbaar”, zegt Bokdam.

Normaal gesproken is een team van drie brandweerlieden betrokken bij de inzet van drones overdag. Het gaat dan om een dronepiloot, een sensorbediener die foto- en videobeelden maakt en een waarnemer die de drone en de omgeving in de gaten houdt. Voor de nachtelijke inzet overweegt de brandweer het team uit te breiden met een extra waarnemer. „We moeten ook in het donker goed zicht houden op de drone, zodat we geen ongelukken veroorzaken. Oplettendheid is zeker geboden als er bij een grote brand allerlei sirenes loeien en zwaailichten door de lucht schijnen.”

Bokdam verwacht dat de brandweer de drone ’s nachts in de toekomst zo’n 150 keer per jaar gaat inzetten.

De brandweer werkt sinds 2016 met drones. De Twentse brandweer is voortrekker op dit gebied. Op Enschede Airport Twente vindt een groot deel van de trainingen met drones plaats.

Momenteel zijn er twee droneteams actief, in Twente en in Midden-West-Brabant. Die doen klussen door heel Nederland. Ze zijn tot dusver zo’n dertig keer ingezet. De bedoeling is dat er eind dit jaar zes teams inzetbaar zijn. Later volgt er nog een zevende team.

De ploegen zouden binnen een uur ter plaatse moeten zijn. Inzet van drones moet ertoe leiden dat de brandweer sneller zicht heeft op bijvoorbeeld de grootste brandhaarden bij een calamiteit.