Opvang daklozen 4 grote steden onder de maat
De vier grote steden leveren niet genoeg passende ondersteuning aan dak- en thuislozen. Er zijn wachtlijsten voor zowel opvangbedden als betaalbare woonruimte om naar door te stromen. Dat komt naar voren uit een rapportage van de rekenkamers van de G4 (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht).
Het wachten op begeleiding en opvang leidt vaak tot verdere achteruitgang van de cliënt in kwestie. Ook na plaatsing schiet de ondersteuning vaak tekort. De steden kijken nog te veel naar het systeem en de regeltjes in plaats van naar de cliënt, luidt de kritiek.
Uit de rapporten blijkt verder dat de samenwerking tussen de vier grote steden op het gebied van daklozenbeleid minder is geworden, terwijl ze veel van elkaar zouden kunnen leren. In elk van de steden is wel een beleidsonderdeel te noemen dat heel goed gaat. Zo krijgt in Amsterdam een dakloze een begeleider toegewezen die hem helpt instromen in de opvangprocedure. In Rotterdam geldt dat ook, maar alleen voor jonge daklozen tot 23 jaar. In Utrecht wordt gefocust op financiële begeleiding zodat de cliënt zijn geldzaken kan regelen als hij eenmaal weer op zichzelf woont. Den Haag regelt snel woonruimte en financiële hulp voor mensen die dakloos zijn geraakt door geldproblemen, maar die wel zelfredzaam zijn en geen verslavings- of psychiatrische problemen hebben.
De rekenkamers hebben het onderzoek gedaan omdat het aantal dak- en thuislozen, na een jarenlange daling, weer lijkt toe te nemen. Ook is de populatie diverser geworden.