Nederlandse onderzoekers kweken kunstmatige muizenembryo’s
Nederlandse onderzoekers zijn erin geslaagd om kunstmatige muizenembryo’s te kweken, zonder gebruik te maken van ei- en zaadcellen.
De wetenschappers, verbonden aan Maastricht University en het Hubrecht Instituut, beschreven de resultaten van hun studie donderdag in het vakblad Nature.
Het plaatsen van de mini-embryootjes in de baarmoeder van vrouwtjesmuizen leidde nog niet tot de geboorte van nieuwe muizen. De levensduur van deze synthetische embryo’s bleef beperkt tot twee dagen. Wel kwam er een beginnend proces van innesteling op gang.
De onderzoekers hopen dat het experiment meer inzicht geeft in het verloop van het prilste stadium van een zwangerschap, wanneer de placenta en de vruchtvliezen zich gaan vormen. Over die fase en over de ontwikkeling van vroege embryo’s is nog maar weinig bekend.
Zo is nog onduidelijk waarom zo’n 30 tot 50 procent van de bevruchte eicellen zich na een natuurlijke bevruchting niet kan nestelen in de baarmoeder. „Met onze vinding kunnen we hopelijk beter gaan onderzoeken wat er precies misgaat tijdens die eerste fase van de zwangerschap”, aldus onderzoeker Nivron van Maastricht University donderdag. Hij hoopt onder andere meer helderheid te krijgen over de vraag welke stamcellen de innesteling op gang brengen. „De eerste fase van de zwangerschap is cruciaal voor de vraag of de vrucht een kindje wordt of niet.”
Experts reageren verdeeld op de vraag of de wetenschap nu aan de vooravond staat van een nieuwe doorbraak in het onderzoek met menselijke embryo’s. „Of via deze methode uiteindelijk muisjes geboren kunnen worden, moet nog blijken”, aldus hoogleraar biomedische ethiek aan Maastricht University De Wert. „Vervolgvraag is dan of op deze manier ook menselijke embryoachtige structuren zijn na te bootsen zijn, hoe ver weg dat ook moge zijn.”
Hoogleraar voortplantingsbiologie Repping, verbonden aan het Academische Medisch Centrum in Amsterdam, benadrukte donderdag dat kunstmatige, menselijke embryo’s geen alternatief vormen voor onderzoek binnen de voortplantingsgeneeskunde, als onderzoekers er in de toekomst al in zouden slagen om die te kweken. Bij technieken zoals ivf gaat het om embryo’s die nul tot vijf dagen oud zijn, aldus Repping. „Deze muizenembryoachtige structuren lijken op embryo’s die vijf dagen oud of ouder zijn.”