Column: Namen
Het is ontzettend handig om te hebben. Je kunt ermee worden aangesproken. En het zorgt ook voor onderscheid tussen mensen. Namen. Een naam zegt wie je bent. Mensen herkennen je aan een naam. En voor het gemak of voor het stoere zetten we er nog een functie bij. Als je heel bijzonder bent, zet je naast je functie ook nog je kerkelijke functie erbij. Zeker in deze krant doet dat het goed. Ik ben Henk, in het dagelijks leven ben ik X en daarnaast ben ik ouderling in kerk Y. Namen kunnen ons allergisch maken. Je kunt erover discussiëren. Echt van alles.
Je zou maar het syndroom van Asperger hebben. Daar wil je niet mee geassocieerd worden. Onbegrijpelijk dat mensen nog steeds deze diagnose krijgen. Het zou verboden moeten worden. Er is niets mis met het hebben van een syndroom, maar dat van Asperger? Natuurlijk gaat dit niet over mensen of kinderen die het syndroom zelf hebben. Het gaat om de naam van dit syndroom. Want het bleef verrassend stil de afgelopen week toen er een onderzoek over dokter Hans Asperger verscheen. Uit nieuw onderzoek zou blijken dat deze Asperger een actieve aanhanger van het naziregime was. Door zijn toedoen zouden honderden gehandicapte kinderen zijn vermoord.
We hebben recent weer gehoord van mensen die verwijzingen naar helden en andere figuren uit de geschiedenis willen weghalen. Want hoe men vroeger dacht is volstrekt niet in lijn met hoe wij moderne mensen in 2018 denken. Maar waar bleven deze voorvechters voor ‘normale’ namen nu? Je had op z’n minst verwacht dat men met een voorstel kwam om het syndroom van Asperger te hernoemen. De verwijzing naar de naam Asperger deugt niet helemaal.
Niet alleen namen uit het verleden kunnen zorgen voor discussie, soms speelt dit ook bij familienamen. Als je geboren wordt krijgt je –meestal– de geslachtsnaam van vaderskant. Er zijn maar weinig mensen die na hun geboorte gaan procederen over die naam. Geen discussie. Maar wat zou je doen als je Hugo Klynstra heet? Klynstra is misschien al wel de dure tak van Kleinstra. Alleen is er meer. En dat had de vader van Hugo zich niet helemaal gerealiseerd toen het gezellig werd met de moeder van Hugo.
Hugo diende een verzoek in bij de minister van Veiligheid en Justitie om zijn achternaam te laten wijzigen. Dat verzoek werd toegewezen. Alleen was papa het daar niet mee eens. Die diende bezwaren in bij de rechtbank en de Raad van State. Het hielp niet. Hugo zou geen Klynstra meer heten maar De Bourbon de Parme. De vader van Hugo was prins Carlos. Dan heeft een discussie over de familienaam wel zin. Deze wijziging van de achternaam betekent dat Hugo gelijk van adel is. Hij mag zich prins noemen. Of zelfs Koninklijke Hoogheid. Met zo’n achternaam van je vader gaan er vermoedelijk meer deuren open dan met de achternaam van je moeder.
Dan is er nog de situatie dat je de naam van iemand anders gebruikt. Dit kan best handig zijn. Dat dacht in ieder geval een mevrouw uit Tilburg. Zij bestelde bij verschillende webwinkels spullen op naam van haar broer en haar ex-partner. De spullen werden bezorgd bij een afhaalpunt. Mevrouw haalde ze op. Haar broer en haar ex-partner kregen de rekening. Superhandig natuurlijk en aardig van die broer en ex-partner. Alleen zat daar juist het probleem. Die mensen wisten van niets. Dat is strafbaar. Als je gebruikmaakt van de naam of identiteit van een ander pleeg je identiteitsfraude. De rechtbank Oost-Brabant maakte er korte metten mee in de uitspraak van 20 april; mevrouw kreeg een taakstraf van 160 uur.
Als laatste is er het probleem van de moeilijke namen. Vaak gaat het dan om mensen met een migratieachtergrond. Zij ondervinden met regelmaat problemen door hun lastig uitspreekbare en schrijfbare namen. Dit kan leiden tot afwijzingen bij sollicitaties en dergelijke. Er zijn jongeren die daarom bewust solliciteren onder een ‘normale’ Nederlandse naam. Vorig jaar werd een onderzoek gepubliceerd dat ging over de vraag of het eenvoudig is om als jongere met een strafblad in Nederland een baan te vinden. Uit de steekproef bleek dat Nederlandse namen 3,5 keer vaker een positieve reactie kregen op hun sollicitatie dan Arabische namen.
Nu lijkt het misschien alsof namen vooral voor problemen zorgen of voer zijn voor discussies. Gelukkig is dit niet het geval. Maar het laat wel zien hoe snel het mis kan gaan. Namen zeggen bovendien niet altijd iets over de persoon zelf. Verdiep je daarin en beoordeel mensen op wie ze zijn of wat ze hebben gedaan. Niet op hun naam.
Mr. Bart Bouter is advocaat bij Bouter Advocatuur in Barneveld.