De één dieselt door, de ander gaat elektrisch
Sluit het net zich langzaam maar zeker voor de dieselrijder? De één vindt van niet en dieselt lekker door. De ander ziet de bui al hangen neemt zijn maatregelen.
Op dit moment staat er 370.000 kilometer op de teller van zijn Golf Plus 1.9 TDI uit 2005. Het doel is de 6 ton te halen, zegt Jan Barten (56) uit Staphorst.
Hij maakt zich niet zo veel zorgen over de ophef rond diesels. Behalve als een stad als Zwolle straks ook een milieuzone gaat instellen. „Dan hebben we op zondag een probleem als we naar de kerk gaan.”
Barten koos een jaar of zes geleden bewust voor zijn Volkswagen diesel. Uit kostenoverweging, dat allereerst. „We rijden zo’n 60.000 kilometer per jaar. Dan is diesel nog altijd de goedkoopste optie.” Betrouwbaarheid van de 1.9 dieselmotor was een argument om voor de Golf te kiezen. „Die moet de 600.000 kilometer wel kunnen halen.”
Dat hij volgens velen in een stinkende en vervuilende auto rijdt, deert Barten niet zo veel. „Mijn auto verbruikt gemiddeld 1 liter op 19 kilometer. Dat red je met een vergelijkbare benzineauto niet zomaar.”
Vragen
Ook stelt hij de nodige vragen bij alles wat er over auto’s en het milieu geroepen wordt. „Een diesel zou vervuilend zijn. Lpg zou de minst schadelijke fossiele brandstof zijn op dit moment, maar daar hoor je weinig meer van. En hoe schoon is een elektrische auto precies met al die accu’s? Hybride aangedreven auto’s zijn alleen populair geworden vanwege de gunstige bijtelling. Maar hoe zinvol zijn deze auto’s, als de bestuurder je met 140 kilometer per uur voorbij scheurt op de snelweg?”
Schamen doet Barten zich dan ook niet voor zijn diesel. „Ik probeer altijd fatsoenlijk te rijden, al moet ik eerlijk zeggen dat ik dat vooral doe voor mijn portemonnee.”
Voorlopig zal de diesel nog wel blijven, verwacht Barten. „Uiteindelijk zullen alle fossiele brandstoffen verdwijnen, maar voorlopig blijf ik dieselen. De prijzen van diesels in Duitsland zijn flink aan het zakken, dus wordt het best interessant om zo’n auto hier naartoe te halen.”
Twee maanden geleden ruilde hij zijn camper met dieselmotor –die hij gebruikte als gezinsauto– in voor een Mercedes op benzine. „Zakelijk rijd ik een volledig elektrische BMW i3”, aldus Marcel den Butter (47) uit Barendrecht.
Hij heeft zijn maatregelen dus al getroffen. „Als ik eerlijk ben, waren het een paar jaar geleden vooral de fiscaal aantrekkelijke regelingen die me ertoe bewogen om zakelijk een elektrische auto te gaan rijden. Maar de camper heb ik wél bewust weggedaan, want de regelgeving rond diesels wordt steeds strenger.”
Dus kocht hij een benzineauto: een Mercedes E250 stationwagon uit 2011. „Zo’n auto is schoner dan een diesel. Niet wat betreft de CO2-uitstoot, maar wel als het om fijnstof gaat. En daar draait het ook om in de hele discussie. Steden stellen milieuzones in vanwege de gezondheid van inwoners, niet omdat diesels nu per se slechter zijn voor het milieu.”
Kwetsbaar
Er is nog iets wat Den Butter deed besluiten de overstap naar benzine te maken. „Om diesels zo schoon mogelijk te krijgen, stoppen fabrikanten ze vol met techniek. Daardoor zijn deze motoren behoorlijk kwetsbaar geworden. Denk aan roetfilters, regeneratie van uitlaatgassen en katalysatoren. Bij moderne diesels zie je dan ook relatief veel problemen optreden.”
Het voelt volgens Den Butter goed om met zijn elektrische auto door de stad te rijden. „Ik besef dan dat mijn auto in ieder geval niet bijdraagt aan de luchtvervuiling. In Nederland valt het nog wel iets mee, maar pas was ik in Barcelona en daar stinkt het gewoon.”
Wat de toekomst van de diesel betreft ziet Den Butter alleen nog ruimte in het vrachtvervoer. „Als er straks meer en meer betaalbare elektrische auto’s met een grote actieradius op de markt komen, zal het op een bepaald moment gedaan zijn met de diesel.”