Consument

Januari: tijd voor salade

Simpel. Eenvoudig. Fris. Snel. Gezond. Het zijn termen die je om de oren vliegen in januari. In de keuken is er elk jaar rond deze tijd een hang naar licht, naar gezond, naar eenvoud. Een logische reactie op de overdaad van de maand ervoor.

Mariëlle Oussoren-Buys
12 January 2018 14:16Gewijzigd op 16 November 2020 12:23
beeld RD
beeld RD

Eigenlijk is het een mal mechanisme, zo’n golfbeweging van jezelf volproppen en daarna weer massaal willen matigen. En om eerlijk te zijn: aan dat schransen heb ik ook helemaal niet meegedaan. Wat extra luxe-ingrediënten vind ik heerlijk, maar dat het dan ook meteen veel en vet en overdadig moet zijn, daar begrijp ik weinig van.

Maar gek genoeg ben ik wel vatbaar voor de frisse wind die in de maand erna opsteekt. Als zo’n beetje alle folders, culibladen en blogs je doen geloven dat je echt nu –nu!– aan de salades, de smoothies en de andere vitamineboosts moet, dan heeft dat op mij gewoon invloed.

Dus staat er deze maand net wat vaker een stamppot vol groente op tafel. Knabbelen we iets meer rauwkost. En maken we deze maand vaker dan anders een salade. Als extra groente bij de avondmaaltijd. Of –wanneer we echt een goed januarigevoel willen hebben– als bijgerecht bij een boterham tussen de middag.

Een lekkere salade moet iets zuurs, iets zoets en iets knapperigs in zich hebben, vind ik. De sla uit het recept, met een dressing van olie, citroensap, mosterd en agavestroop, fungeert bij ons nog weleens als lastminutesalade. De ingrediënten hebben we meestal in huis. Variëren met de dressing is eenvoudig. Een neutraal smakende olie (milde olijfolie, rijstolie, koolzaadolie) is prima, maar bijvoorbeeld walnootolie geeft meteen een andere smaak (komt die walnotenolie uit een van onze kerstpakketten meteen ook van pas).

Dit keer gaan er augurkjes (voor de zure component) en dadels (voor de zoete) in, en pecannoten voor de knapperigheid. Wat mij betreft van alles lekker veel, want een groene salade wordt pas lekker door de vulling, is mijn mening. Een beetje overdaad mag best. Zelfs in januari.

Pecan-dadelsalade

Ingrediënten

  • 150 gram gemengde sla

  • 45 ml olie (3 flinke eetlepels)

  • 15 ml citroensap (1 flinke eetlepel) - 1 flinke tl mosterd

  • 1 flinke tl honing of agavestroop

  • zout en zwarte peper

  • 60 g pecannoten

  • 8 dadels (of 4 grote Medjouldadels)

  • 4 flinke zoetzure augurken (of een handvol mini’s)

Bereiding

Zorg dat de sla gewassen is en weer droog is. Rooster de pecannoten in een droge koekenpan (hoeft niet per se, maar maakt ze wel een stuk knapperiger en lekkerder). Snijd de dadels in kleine stukjes, net als de augurken.

Schenk voor de dressing het citroensap in een kommetje. Voeg eventueel wat zout toe. Giet de olie er in een dunne straal bij, klop intussen met een kleine garde of een vork. Doe ook de mosterd, de honing of stroop en een paar draaien zwarte peper uit de molen erbij en blijf goed kloppen tot er een dressing ontstaat.

Doe de sla in een kom en schenk, kort voor het serveren, de dressing eroverheen. Schep voorzichtig om. Schep ook de dadels en de gehakte pecannoten erdoor. Hou eventueel wat pecannoten achter om de sla mee te bestrooien.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer