In tien jaar tijd heeft de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) meer gebracht dan werd verwacht, zegt rector prof. Mechteld Jansen. Reden dus om feest te vieren, op 9 januari in Groningen, een van de vestigingsplaatsen van de PThU. Lezingen, debatten, zogenoemde pizzapreken en het optreden van cabaretier Vincent Bijlo staan garant voor voor een afwisselend programma.
Aan de PThU, hofleverancier van predikanten voor de Protestantse Kerk in Nederland, is het, zoals altijd op vrijdag, extra druk. In de vestiging in Amsterdam is dit de dag waarop studenten af en aan lopen. Op woensdag komen doorgaans alleen de voltijdsstudenten. Op vrijdag zijn zowel voltijds- als deeltijdsstudenten aanwezig. In de lunchpauze zingen studenten in de kapel onder leiding van PThU-theologe en dirigente dr. Hanna Rijken, een wekelijks gebeuren op vrijdag. Zij promoveerde daags ervoor op het verschijnsel van de evensong.
De PThU huurt in Amsterdam een etage in de E-vleugel van het gebouw van de Vrije Universiteit. Het is een ruimte waarin alles samenkomt: kamers van docenten, collegezalen, de bibliotheek en de nodige kamers voor het administratief personeel en het bestuur. Eén verdieping hoger bevindt zich de faculteit der godgeleerdheid van de VU.
College
Prof. dr. Maarten Wisse, de kersverse hoogleraar dogmatiek aan de PThU (opvolger van prof. dr. Jan Muis), geeft ’s middags een werkcollege. Het is bestemd voor de laatstejaars studenten van de driejarige predikantsmaster van de PThU. Er kan dus het nodige aan voorkennis worden voorondersteld. Dat blijkt wel in de presentaties die drie studenten houden. De een houdt een beschouwing over een boek van prof. Muis over God. Een ander presenteert het boek ”Liefde van God en mens” van de Utrechtse godsdienstwijsgeer Vincent Brümmer. Een derde bespreekt Francesco Turrettini (1547-1628), een vertegenwoordiger van de gereformeerde scholastiek.
Prof. Wisse leidt de bespreking en geeft aanvullend commentaar. Hij laat desgevraagd weten dat er in het eerste jaar van de predikantsmaster hoorcolleges zijn geweest, maar dat de studenten in het derde jaar toe zijn aan zelfstandige verwerking. „Dat moet ook wel als ze straks in de gemeente komen zij met allerlei ingewikkelde vragen te maken krijgen waarop ze zelf antwoorden moeten vinden.”
Stage
Studenten aan de PThU hebben zeer uiteenlopende vooropleidingen gevolgd. Sommigen behaalden elders hun bachelordiploma, bijvoorbeeld in Apeldoorn of in Leuven. Eén student ging theologie studeren na zijn opleiding bouwkunde in Delft.
Opvallend is hoeveel tijd studenten besteden aan pastorale vorming op Hydepark, het seminarium van de PThU in Doorn. Elk jaar verblijven zij daar enkele weken intern. Het tweede studiejaar van de master is gereserveerd voor het schrijven van de afstudeerscriptie, de ”thesis”, vertelt een student. Tijdens het derde jaar van de predikantsmaster volgt een stage in een gemeente. Studenten die uit de hervormde traditie komen, heten dan vicaris. De anderen worden aangeduid als stagiair of predikant in opleiding.
De groep van prof. Wisse bestaat uit twaalf studenten, die overwegend afkomstig zijn uit de Gereformeerde Bond. In de toch wel bredere PThU kunnen zij geheel zichzelf zijn met hun eigen achtergrond, zo laten enkelen desgevraagd weten. „De PThU houdt rekening met alle modaliteiten.”
Uit reacties van studenten blijkt dat het confessionele gehalte van hun studie afhangt van welke keuzevakken zij kiezen. Zo wordt er vanuit de leerstoel van de Gereformeerde Bond een keuzevak aangeboden op het gebied van de gereformeerde belijdenissen. Tijdens de studie kunnen studenten kiezen uit drie hoofdrichtingen: Bijbelwetenschappen, systematische theologie en praktische theologie. Ook is er een ”honours traject”, waarin studenten zich extra kunnen voorbereiden op een loopbaan als onderzoeker.
Na het werkcollege gaat de groep samen zingen in de kapel. De student die een presentatie hield over Turrettini, laat de toepasselijke psalm ”Heer, onze Heer, grootmachtig Opperwezen” zingen. De twee anderen die een presentatie hielden, verzorgen Schriftlezing en gebed. „We willen niet alleen over God spreken, maar ook Hem loven”, licht een student toe. „Die verbinding vinden we hier van groot belang. Zo’n vijf jaar geleden zijn we met het zingen begonnen. Het zingen is nu zo in trek dat we extra Liedboeken hebben aangeschaft.”
Borrel
Dan is het tijd voor de vrijdagmiddagborrel. Met een groep wordt –onder het genot van een glas wijn– nagepraat over de studie theologie in deze tijd, in aanwezigheid van docenten Maarten Wisse en Ernst Boogert, docent Nieuwe Testament. Hier en daar trippelt een muis over de vloer van de universiteit. „Het is hier een walhalla voor muizen”, zegt rector prof. Mechteld Jansen gekscherend. „Wat wil je met al die broodjes die hier overdag genuttigd worden.” Een student: „Aan de muizenplaag is niets meer te doen, je raakt de beestjes niet meer kwijt.”
De PThU is weliswaar ondergebracht in hetzelfde gebouw als de VU, maar er is een wezenlijk verschil met de theologische faculteit van de VU, één etage hoger, zegt prof. Wisse, die zelf als docent van de VU afkomstig is. Op de PThU wordt het uitdrukkelijke geloofsgesprek gevoerd, dat bij de VU „niet op die manier aanwezig is.” Dat geloofsgesprek vinden alle studenten belangrijk. „Als je het hier op de universiteit niet voert, hoe zou je het dan in de kerken in praktijk moeten brengen?” zegt iemand.
Schriftkritiek
Er ontstaat tijdens de borrel een gesprek over de impact van Schriftkritiek tijdens de opleiding. Sommige studenten hebben min of meer een geloofscrisis meegemaakt toen ze in aanraking kwamen met allerlei historisch-kritische analyses van de Bijbel. „Tijdens mijn bachelorsfase had ik het gevoel dat de poten onder mijn stoel werden weggezaagd”, zegt iemand.
Er is in dat opzicht wel veel veranderd. Docent Boogert vertelt hoe polariserend de sfeer tijdens de colleges in Leiden was toen hij daar studeerde. „Het was niet bepaald een veilige omgeving. Docenten deden soms lacherig over orthodoxe opvattingen.”
Studenten waarderen het dat ze worden bevraagd op de fundamenten van hun geloof. Vertrouwen tussen docenten en studenten is daarvoor een vereiste. „We zijn hier niet geroepen om mensen een geloofscrisis aan te praten”, zegt prof. Wisse, „maar wel om studenten kritisch en zelfstandig te leren denken.”
Het begrip veilige omgeving zou ook van toepassing kunnen zijn op een ‘eigen’ universiteit, waarbinnen kritische vragen niet aan de orde komen, zoals een Gereformeerde Theologische Universiteit. Maar daarover weten de studenten nauwelijks iets te zeggen. En degenen die de discussie hierover gevolgd hebben, vinden een dergelijke universiteit geen optie. „Je houdt jezelf voor de gek als je vragen over de basis van je geloof niet aan de orde stelt. Ze komen toch op je af als je straks in de brede Protestantse Kerk in Nederland een plaats gevonden hebt.”
„PThU wordt steeds meer makelaar in kennis”
De Protestantse Theologische Universiteit (PThU), die op 1 januari 2007 werd opgericht, heeft vestigingen in Amsterdam en Groningen. Daardoor kan de instelling aanhaken bij de academische setting van de Vrije Universiteit Amsterdam (VU) en de Rijksuniversiteit Groningen (RUG).
De concentratie van de opleiding in Amsterdam en Groningen was nodig om de PThU financieel gezond te houden, zegt PThU-rector prof. dr. Mechteld Jansen. Eerder waren er ook PThU-vestigingen in Leiden, Utrecht en Kampen. „De VU en de RUG konden profiteren van een gezamenlijke bachelorinstroom, dus was het ook voor hen een win-win-situatie. Het besluit tot concentratie heeft goed uitgepakt.”
Heeft tien jaar PThU gebracht wat ervan verwacht werd?
„Het heeft zelfs méér gebracht. Hoewel de opleiding tot predikant behoort tot de kern van onze opleiding, zijn er veel meer dingen bij gekomen, zoals nascholingscursussen. De situatie in de kerk is ook sterk veranderd. Het is niet meer vanzelfsprekend dat studenten na hun studie meteen gemeentepredikant worden en in een pastorie gaan wonen. Er is tegenwoordig veel behoefte aan parttimepredikanten.”
Predikanten komen niet meer in een gespreid bedje in de zin dat ze voor altijd verzekerd zijn van inkomsten, legt prof. Jansen uit. „Je moet om in je levensonderhoud te kunnen voorzien een beetje ondernemer zijn of een tweede vak gekozen hebben. Daarnaast is het belangrijk om te weten hoe je vrijwilligers kunt inzetten in de gemeente. We zien ook dat afgestudeerden graag onderzoekswerk blijven doen en promoveren. De PThU heeft een nieuw programma voor gepromoveerde theologen die als onderzoeker aan de instelling verbonden blijven.”
Wat betekent het woord protestants in de naamgeving van de PThU?
„Protestants wil zeggen dat je je constructief en kritisch tot de Reformatie verhoudt. Zelfstandig de Bijbel lezen en veel nadruk leggen op Bijbelwetenschap, dat lijkt me eigen aan een protestantse universiteit. Protestant is voor mij een creatief begrip. Hoe dieper je in Christus geworteld bent, hoe meer variatie je durft toe te laten en te doordenken. Protestantse theologie gaat niet alleen over de kerk, maar biedt een perspectief op alle grote vragen in het leven.”
Wat vond u van de recente discussie rond het boek van PThU-docent prof. Frits de Lange, die kritische vragen stelt over het leven na de dood?
„Ik kan me voorstellen dat mensen moeite kunnen hebben met sommige van onze publicaties, maar een theoloog als De Lange past ook binnen de PThU. Er is bij onze opleiding een naast elkaar bestaan van orthodox en vrijzinnig, zoals dat vroeger overigens ook geval was bij de theologieopleidingen. Dat vinden wij ook best ingewikkeld. Studenten moeten daarmee rekening houden. Ze komen later natuurlijk wel terecht in de brede Protestantse Kerk. De PThU wil discussies over een boek als van De Lange in een open debat aan de orde stellen. Dit is ook gelukt. We kunnen het gesprek over zijn boek niet met leerdwang beslechten.”
Toekomst
Wat de toekomst betreft wil de PThU volgens prof. Jansen insteken op samenwerking met kerkelijke en maatschappelijke partners om onderzoek te verrichten dat voor deze partners van waarde is. Onderzoeksthema’s zijn onder meer vragen rond duurzaamheid, het debat over het begin en het eind van het leven, en vragen over de waardigheid van de mens. Ook streeft de PThU naar meer internationalisering van de opleiding.
Prof. Jansen: „Het voor elke student goed om een tijdje in het buitenland te studeren. De theologie raakt steeds meer internationaal georiënteerd. We willen ook meer excellente studenten binnenhalen en ervoor zorgen dat in de toekomst hoog gekwalificeerde docenten met de nieuwe generatie en hun manier van studeren kunnen omgaan.”
De toekomst van de theologieopleiding blijft volgens de rector ongewis. „We moeten heel hard werken om de aantallen studenten op peil te houden. Ik zie echter genoeg mogelijkheden voor groei van de PThU als we inspelen op nieuwe ontwikkelingen. Velen willen zich in de kerk nuttig maken zonder direct in het ambt te staan. De PThU wordt voor deze mensen steeds meer een makelaar in kennis, al mag deze ontwikkeling ons niet losmaken van onze kerntaak, het opleiden van predikanten. Ik denk daarbij ook aan het scholen van predikanten die in de zorgsector, in gevangenissen of in de krijgsmacht willen werken.”
Prof. Jansen betreurt het dat de Gereformeerde Theologische Universiteit dit jaar is afgeblazen na vele jaren voorbereiding. Al zou de komst daarvan wellicht geleid hebben tot enige uitstroom uit de PThU. „Ik vind het jammer dat het niet is doorgegaan, want de samenwerking tussen Kampen en Apeldoorn was een goed idee en had ook alle kans van slagen.”