Opinie

Geestelijke opbloei in het Midden-Oosten

Het is nog maar een week geleden. De beelden hebben zich in mijn hoofd vastgezet. De onafgebroken film van verwoeste huizen, half ingestorte flats, gebombardeerde kantoorgebouwen. Het chaotische patroon van kogelgaten en mortierinslagen op de muren die overeind waren blijven staan. De vallende schemer creëerde een sfeer die moeilijk anders dan luguber genoemd kan worden, hoewel de lijken al anderhalve maand eerder van de straten verwijderd waren. Tegen de nog lichte avondhemel staken de spijlen af waarop IS eerder de hoofden van de veroordeelden spietste.

Steef Post
30 December 2017 15:41Gewijzigd op 16 November 2020 12:18
Rakkah, de verwoeste stad in het noorden van Syrië. beeld EPA, Youssef Rabih Youssef
Rakkah, de verwoeste stad in het noorden van Syrië. beeld EPA, Youssef Rabih Youssef

Ik was in Rakkah, de verwoeste stad in het noorden van Syrië. Boven de grond troffen we een enkele inwoner aan, die, verstoken van gas, elektriciteit en water, zich te midden van puin en mijnen warmde bij een houtvuurtje. Onder de stad hielden overgebleven IS-strijders zich schuil in de kilometerslange gangen. Enkele uren eerder hadden we in het vluchtelingenkamp de vraag gesteld of het nog lang zou duren voordat de gezinnen die hier ooit woonden zouden terugkeren. Die vraag liet zich hier eenvoudig beantwoorden.

Ik was er als bestuurslid van de Stichting Ismaël, die ook in dit gebied projecten heeft lopen. Een dag voor ons bezoek aan Rakkah spraken we ten oosten van de stad Kamishli ruim anderhalf uur met Ritah, een jonge vrouw die een maand eerder bevrijd was uit handen van IS. Ruim drie jaar lang was ze als slaaf gebruikt door verschillende IS-strijders. Ze oogde sterk en kwetsbaar tegelijk. Ze is een van de vele Syriërs die na de vreselijke gebeurtenissen in de achterliggende jaren hun leven weer vorm moeten geven op de puinhopen van het land.

Tijdens het bezoek is het me enigszins duidelijk geworden hoe desastreus de gevolgen van de oorlog zijn. Het grootste gedeelte van het land is weer in handen van de regering. IS heeft nog maar enkele tientallen dorpen in handen. In het westen staan de kranten niet meer vol met bombardementen en gevechten rond steden als Homs, Mosul en Rakkah. En met de aandacht drogen de giften voor Syrië en Irak op. Maar juist nu heeft het land een impuls nodig, om gezinnen die alles kwijt zijn te kunnen ondersteunen, zodat ze opnieuw een bruikbaar onderkomen en een betekenisvol leven zullen vinden.

Er zijn ook andere gevolgen zichtbaar van de diepe crisis die het land heeft getroffen. Wonderlijke en onverwachte gevolgen. In Damascus brachten we de zondag door. Het kerkgebouw stond in een smal steegje, vlak bij het centrum van de stad. Toen wij bij de kerk aankwamen, zat de kerkzaal al vrijwel vol. Vlak voor de dienst begon, moest de deur op slot: er kon niemand meer bij. Driehonderd mensen zaten dicht opeengepakt in een te kleine ruimte. Toen ik omkeek, zag ik nog minstens vijftig mensen in de gang staan. Ze luisterden door de open ramen naar het Woord van God. Later spraken we jongeren, onder wie een ex-moslimmeisje, die de Heere Jezus van harte waren gaan volgen. Het meisje vertelde hoe het intensief lezen van het Woord van God voor haar tot zegen was geweest en wat een tegenstand dat met zich meebracht in de familie. Ook in Homs spraken we twee van de tientallen ex-moslimvrouwen die gebroken hebben met hun islamitische verleden. Er is iets bijzonders aan de hand in het Midden-Oosten.

Meer dan ooit ben ik ervan overtuigd dat het een goede keus is geweest van Stichting Ismaël om zich met name te richten op de geestelijke nood: het vertalen en verspreiden van goede boeken, het ondersteunen van Bijbelschoolstudenten, het financieren van een door christelijke hulpverleners aangeboden traumaverwerkingsprogramma voor jongeren uit vluchtelingenkampen en het verspreiden van Bijbels. Wat is het bijzonder dat je als stichting een kleine bijdrage mag leveren aan een door de Geest gewerkte opleving in het Midden-Oosten. Niet alleen door fondsen te werven, maar misschien nog wel meer door de verhalen over de opbloei van Gods Koninkrijk in de Arabische wereld met anderen te delen. Er is gebed nodig voor onze broeders en zusters in al dan niet gesloten moslimlanden in het Midden-Oosten. „Uw Koninkrijk kome. U zij de eer en de heerlijkheid.”

Reageren? welbeschouwd@refdag.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer