Opvoedcoach: Kind van gescheiden ouders heeft altijd het gevoel onderweg te zijn
Meer dan 600.000 kinderen onder de 17 jaar woonden in 2015 niet in een gezin met twee eigen ouders. Dat bleek maandag uit cijfers van het CBS. Een reformatorische opvoedcoach: „Een kind van gescheiden ouders heeft altijd het gevoel onderweg te zijn.”
Pendelen tussen vader en moeder. Het overkomt steeds meer jongeren. In 1995 woonden ruim 400.000 kinderen onder de 17 jaar niet in een gezin met de twee eigen ouders. Twintig jaar later, in 2015, ging het om meer dan 600.000 kinderen. Die stijgende trend zet door, stelt het CBS.
„Zorgelijk” noemt de reformatorische opvoedcoach Maria Vermeulen de cijfers. „Hoe dan ook is een echtscheiding schadelijk voor kinderen. Het leven voelt voor hen nooit meer heel. Een kind van gescheiden ouders zei eens: „Ik laat altijd de helft achter.” Het best gedijen kinderen in een gezin waarbij vader en moeder in liefde samenleven en liefde voorleven. Dat is een scheppingsgegeven.”
Wat als de liefde tussen man en vrouw verkilt? „Onderken dat gevaar. Neem een mentorstel in vertrouwen. Zo’n stel kan je voorhouden dat elk huwelijk bloei kent, maar ook perioden dat het wat minder gaat. Spelen er echt heftige conflicten binnen een relatie, zoek dan hulp.”
Weekend
Ruim een kwart van de in 2010 gescheiden paren koos voor het co-ouderschap, bleek maandag uit onderzoek van de Universiteit Utrecht en het CBS. Daarbij krijgt een kind dus twee ouderlijke huizen.
Als ex-partners in goede harmonie tot co-ouderschap besluiten, biedt dat „veel voordelen”, denkt Vermeulen. „Zo krijgt zowel vader als moeder opvoedende taken. Als de vader alleen eens per twee weken een weekend bij zijn kinderen mag zijn, komt er misschien in zo’n weekend weinig van opvoeding terecht en kan zo’n weekwisseling vooral bestaan uit het entertainen van de kinderen.”
Co-ouderschap, waarbij dus gescheiden ouders ongeveer evenveel tijd voor hun kinderen krijgen toebedeeld, is niet bij voorbaat het gunstigst voor kinderen, stelt mr. drs. Anje Slootweg. Ze is als advocate en mediator gespecialiseerd in echtscheidingsproblematiek, voor een belangrijk deel in reformatorische kring. „Psycholoog dr. Martine Delfos zei onlangs op een congres dat co-ouderschap vooral een uitvinding voor óúders is. Of het kind altijd geholpen is met co-ouderschap, is nog maar de vraag. Het is nogal wat om in twee huizen te worden opgevoed. Treffend vond ik de uitspraak van een kind over opstaan. „Als ik bij vader thuis de wekker hoor, geef ik vaak aan de verkeerde kant van het bed een klap om de wekker stil te krijgen. Want bij moeder staat de wekker aan de andere kant van mijn bed.” Ouders zullen zich dus eerlijk af moeten vragen waarom ze co-ouderschap willen. Voor zichzelf, of voor de kinderen?”
Omgangsregelingen na scheiding in reformatorische kring veranderen, merkt ze. Vaker dan pakweg twintig jaar geleden willen vaders een grotere rol in de opvoeding. „Voorheen zorgde de moeder na een echtscheiding doorgaans voor de kinderen. Die kinderen gingen alleen eens in de twee weken een weekend bij vader op bezoek. Nu krijgen vaders die dat willen bijvoorbeeld ook om de week een doordeweekse dag de kinderen aan zich toevertrouwd.”
Ouderschapsplan
Die trend houdt nauw verband met de invoering in 2009 van het verplichte ouderschapsplan na echtscheiding, stelt Slootweg. „Sindsdien zijn vaders zich er nog meer van bewust dat ze er geen genoegen mee behoeven te nemen dat ze hun kinderen maar één weekend per veertien dagen mogen zien. Ik merk dat er zich een emancipatie van de gescheiden vader voltrekt, zowel binnen als buiten de reformatorische kring.”