Krouwel vergelijkt Rotterdam met een microkosmos. In de Rotterdamse politiek is van oudsher heel veel beweging, zegt hij. „De rafelranden worden daar het eerst zichtbaar. Dat was zo met de opkomst van het Fortuynisme en met de enorme overwinning van Leefbaar Rotterdam, nu de grootste partij in de gemeenteraad daar. Nu komt de tweede en derde generatie immigranten op. Die zeggen: wij horen er niet bij? Even dimmen zeg, wij betalen ook gewoon belasting. De rest van Nederland gaat volgen”, voorspelt hij.

„Er zullen steeds meer lokale partijen meedoen aan de raadsverkiezingen. Over twintig jaar heeft elke gemeente drie tot vier partijen meer om op te stemmen. Dat is heel goed, want daarvoor zijn het lokale verkiezingen. De traditionele partijen worden minder relevant. Maar dat maakt voor de machtsverhoudingen in een gemeente niks uit. Want je kunt alleen een machtsfactor vormen als je elkaar wat gunt. Partijen die alleen maar roepen: iedereen is fout behalve wij, kunnen geen bestuur vormen. En de meeste kiezers willen toch gewoon dat de dingen geregeld worden.”

De raadsverkiezingen in Rotterdam zullen veel aandacht trekken, verwacht Krouwel. „Maar denk maar niet dat een willekeurige inwoner van Tilburg, Ronde Venen of zelfs Amsterdam daarin is geïnteresseerd. Die zijn bezig met hun eigen lokale items.” Het is wel zo, zegt de politicoloog, dat de komst van PVV, FvD en DENK in gemeenteraden een signaal is. „Het is een soort brandalarm. Bestuurders moeten inzien dat er rook uit het huis komt. Er is dus iets mis. Ze moeten blussen door te zorgen voor oplossingen die politiek haalbaar zijn.”

„Want een ding staat vast: de meer dan honderdduizend hardwerkende politici in het land telkens weer wegzetten als mislukkelingen die Nederland naar de afgrond leiden, is geen politieke visie. Dat is gewoon afschuwelijk onbeschoft”, aldus Krouwel.