Unicef-directeur Carol Bellamy sprak dinsdag van een „race tegen de klok.” „Omdat het regenseizoen begint, is het nu een race tegen de klok om kinderen en hun families te voorzien van basale levensreddende voorzieningen, zoals water, sanitaire voorzieningen, voedsel, onderdak en gezondheidszorg”, zei Bellamy tijdens een bezoek aan het gebied. Volgens haar worden een half miljoen kinderen bedreigd door ondervoeding en ziektes.

Bellamy deed haar uitlatingen na een gesprek met de Sudanese president Omar el-Bashir. El-Bashir moet meer doen om de meer dan een miljoen vluchtelingen in Darfur te beschermen, zei Bellamy, die een bezoek aan het gebied heeft gebracht, waar de regering nauwelijks hulpverleners en journalisten toelaat. El-Bashir zei meer politie naar het gebied te hebben gestuurd. De Sudanese regering ontkent dat de Arabische milities met steun van de regering etnische zuiveringen uitvoeren tegen de zwarte bevolking in het gebied.

„Iedereen die ik heb gesproken is te bang om terug te keren naar huis”, zei Bellamy. „Bijzondere aandacht is vereist voor de meisjes en kinderen, die iedere keer als zij hun kamp verlaten gevaar lopen.” De VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR zei gisteren ruim 46 miljoen euro nodig te hebben voor de duizenden vluchtelingen in het onherbergzame grensgebied met Tsjaad. De vluchtelingen moeten dringend naar een veiliger gebied worden gebracht, zegt de UNHCR.

Sudanezen van Arabische en Afrikaanse afkomst hebben al lang conflicten over de schaarse rijkdommen van het gebied. In februari vorig jaar namen twee rebellenorganisaties in Darfur de wapens op tegen de door de noordelijke, Arabische elite gedomineerde regering. Die sloeg hard terug en zette Arabische milities in, de Janjaweed, al spreekt de regering dat zelf tegen. Het geweld in het gebied zou het werk zijn van de rebellen en van criminelen.