Centrum voor Israëlstudies opgericht
Aan de Christelijke Hogeschool in Ede (CHE) wordt een Centrum voor Israëlstudies gevestigd. Vrijdag is een samenwerkingsovereenkomst getekend, waarin als doelstelling wordt verwoord het „stimuleren en organiseren van bezinning en activiteiten op het terrein van de Joods-christelijke ontmoeting.”
Het centrum valt onder verantwoordelijkheid van drie deelnemende partijen: de Gereformeerde Zendingsbond in de Nederlandse Hervormde Kerk, het deputaatschap voor Kerk en Israël van de Christelijke Gereformeerde Kerken en het Instituut voor Gemeenteopbouw en Theologie van de CHE. Drs. M. van Campen, docent in Ede, zal als directeur van het centrum één dag in de week worden vrijgesteld. Het centrum wordt gevestigd in het pand van de CHE in Ede waar ook het Instituut voor Gemeenteopbouw en Theologie is gehuisvest. In het documentatiecentrum van dit instituut komt een bibliotheek.
Tot de activiteiten van het centrum behoren onder meer het onderzoek doen naar en het publiceren over de Joods-christelijke ontmoeting, en het begeleiden van contacten tussen Messiasbelijdende Joodse gemeenten in Israël en Nederland. Verder zullen bezinningsdagen, conferenties en cursussen worden georganiseerd. Vanuit de CHE kunnen studenten begeleid worden die een stage in Israël willen lopen. Ook is het de bedoeling dat in Israël een ’ontmoetingsplek’ totstandkomt, waar een consulent fungeert als luisterpost, seminars organiseert en stagiaires begeleidt.
Het bestuur van het Centrum voor Israëlstudies bestaat uit zes leden. Elke deelnemende organisatie benoemt twee vertegenwoordigers. Namens het Instituut voor Gemeenteopbouw en Theologie nemen dr. J. Hoek en ds. C. den Boer zitting in het bestuur. Het deputaatschap voor Kerk en Israël is vertegenwoordigd door twee van haar leden, P. Vree en ds. H. Biesma. En namens de GZB nemen zitting ds. N. M. Tramper en mevrouw De Fijter uit Kampen, lid van de sectie Midden-Oosten van de GZB.
In de overeenkomst wordt gewezen op „een belangrijk gesprekspunt”, namelijk „de manier waarop God Israël en de volken betrekt in de komst van Zijn Rijk. Israël is en blijft de eerst geroepene om een licht te zijn voor de volken.”
Drs. Van Campen zegt dat al lang het verlangen bestaat „om binnen de gereformeerde gezindte met een nieuwe impuls te komen ten aanzien van de bezinning rond Israël. Aan initiatieven is er zeker het een en ander, maar de voortgang van de doordenking stagneerde toch wat. Het is iets moois dat, bij alle verdeeldheid die er is rond Israël, er een geestelijk verstaan van elkaar bleek te zijn. Met een minimum aan vergadertijd viel dit project op z’n plek.” Ds. H. Biesma, voorzitter van het deputaatschap voor Kerk en Israël, geeft eveneens aan dat de samenwerking ”spontaan” tot stand is gekomen. „Ik zie het als een door de Heere God gegeven mogelijkheid.”