In eerste instantie worden ruim honderd mobiele camera’s ingezet. Momenteel heeft de spoorbeheerder ruim 3500 camera’s op het spoor en in de stations, waarvan de beelden nu nog worden bekeken door medewerkers van de meldkamer. Als zij iets vreemds zien, kan worden ingegrepen.

Straks gebeurt deze waarneming echter door de camera zelf, waarna de centralist van de meldkamer wordt gewaarschuwd. Daarbij kunnen de camera’s worden verplaatst als dat nodig is, terwijl de oude camera’s op vaste plekken staan, zegt een woordvoerder van ProRail. De oude apparaten blijven wel gewoon in gebruik.

ProRail denkt met de mobiele camera’s de pakkans te vergroten en gevaarlijke en overlastgevende situaties te voorkomen. „Een koperdief weet op een gegeven moment wel waar camera’s staan”, geeft de woordvoerder aan als voorbeeld. Als een koperdief op een plek actief is waar geen cameratoezicht is, moeten mensen ter plaatse de situatie gaan bekijken, legt hij uit.

De mobiele camera’s worden ingezet op basis van zogenoemde big data, op basis waarvan wordt voorspeld waar de kans het grootst is dat er iets gaat gebeuren. De camera’s kunnen indien gewenst elke dag worden verplaatst. Als op een plek waar zo’n mobiele camera staat dan iets gebeurt, kan met de camera worden gekeken of er nog iemand is en of het spoor weer kan worden vrijgegeven. „Dat kan veel tijd schelen”, aldus de woordvoerder.