Consument

In Tokio gaat alles gestructureerd, ook het verkeer

De doorsnee-Japanner is een rustig persoon die houdt van structuur. Dat komt onder meer tot uitdrukking in het verkeer. Men is het gewend netjes aan te sluiten in de rij en geduldig op zijn beurt te wachten. Niemand die er ook maar aan denkt te claxonneren, laat staan de vuist te ballen of een onvertogen woord te laten vallen.

Tony Vos
17 November 2017 16:48Gewijzigd op 16 November 2020 11:59
beeld Tony Vos
beeld Tony Vos

Het komt op de westerling wellicht wat klinisch over, zo beschaafd als de gemiddelde Japanner zich gedraagt. Dat begint al bij de auto zelf. Die is meestal wit of zwart. In Japan begeef je je niet met een vuil exemplaar in het verkeer.

In Tokio wonen zo’n 9,3 miljoen mensen. Als die menigte zich vroeg in de ochtend in beweging zet, is het aan het Traffic Control Center om al deze verplaatsingen in goede banen te leiden. Vooral de auto’s. Op een immens scherm bestaande uit 144 losse panelen kunnen de medewerkers precies zien waar de schoen wringt. Ook hangen er op alle hoofdwegen en belangrijke kruisingen camera’s waarvan de beelden in het centrum op te roepen zijn.

De wegen buiten het centrum worden op dezelfde manier gemonitord. Files en ongevallen hebben een enorme invloed op de economie van de hoofdstad. Onder de drie hoofdtaken van het Traffic Control Center vallen het samenbrengen van informatie, het verstrekken van informatie aan automobilisten door middel van digitale borden en het samenwerken met andere systemen. Denk bij dat laatste aan leveranciers van verkeersinformatie via radio, maar ook via de alom in de auto aanwezige navigatiesystemen.

Taxi’s in felle kleuren

De verkeerslichten in Tokio worden doorgaans door computers geregeld. Het verkeersaanbod wordt gemeten en de duur van het groene licht daarop aangepast. Mocht het nodig zijn, dan kunnen de medewerkers van het Traffic Control Center handmatig ingrijpen. Zelfs lichten bij oversteekplaatsen voor voetgangers werken op aanbod.

Openbaar vervoer speelt een grote rol in het verkeer in Tokio. Bussen krijgen voorrang. Het doel is deze op tijd te laten rijden, waardoor veel stadsbewoners die er gebruik van maken niet in de verleiding komen de eigen auto te pakken.

Een blik op het verkeer in Tokio leert dat er heel veel taxi’s rijden. Die zijn er in allerlei soorten en maten. De normale taxi’s zijn modellen van Toyota en Nissan die er behoorlijk oubollig uitzien. Maar belangrijker is dat ze veel ruimte op de achterbank bieden en comfortabel zijn. Door hun felle kleuren vallen ze goed op. Daarnaast zijn er chique taxidiensten die louter met zwarte limousines rijden. De chauffeur keurig in pak en met witte handschoenen aan.

Piepkleine bestelwagens

Waarin rijdt de gemiddelde inwoner van Tokio? Dat is sterk afhankelijk van de wijk waarin men woont. In de chique winkelwijk Ginza komen relatief veel Europese auto’s voor, vooral van de duurdere Duitse merken. Daarnaast met regelmatig exclusieve Italiaanse sportwagens. Het merendeel in de stad beweegt zich echter voort met het nationale product. Daarbij valt op dat de modellen die in Nederland van de Japanse merken rondrijden, in Tokio een zeldzaamheid zijn. Japanners rijden in koddige of merkwaardig vormgegeven modellen. Piepkleine bestelwagens, maar heel hoog. Felgekleurde compacte gezinsauto’s en andere types waarvan de kenner op zoek moet naar een typeplaatje. Het valt bijna op als er een Toyota Prius, een Nissan LEAF of een Mazda6 voorbijrijdt.

Rijles op het dak

In Japan neemt het aantal verkeersongevallen zienderogen af. Tien jaar geleden ging het nog om 900.000 incidenten en 10.000 doden per jaar. Vorig jaar was dat gedaald tot 600.000 incidenten met 3900 doden. Een strenge aanpak van rijden onder invloed en verbeterd verkeersonderricht liggen hieraan ten grondslag. Rijscholen brengen hun leerlingen eerst onder begeleiding op een afgesloten terrein de basisbeginselen bij. Als de cursist die onder de knie heeft volgt er een test, waarop er een proefrijbewijs wordt afgegeven. Daarmee kan de leerling, ook weer begeleid, de openbare weg op.

Er zijn 1300 rijscholen in Japan, waarvan 47 in Tokio. De Kanamachi Driving School is gevestigd op het dak van een groot gebouw. Een middelgrote school, zoals de directeur vertelt. Groepsgewijs verlaten de leerlingen het gebouw om in de gereedstaande auto’s te stappen. Auto’s die jaren achtereen het dak niet verlaten en toch zo’n 10.000 kilometer per jaar afleggen. De directeur meldt trots dat 90 procent van de kandidaten in één keer slaagt voor het proefrijbewijs en 80 procent de eerste keer de eindtest haalt voor het definitieve rijbewijs. Vanwege de toenemende vergrijzing moeten automobilisten vanaf 70 jaar iedere drie jaar een rijles nemen voordat het bewijs wordt verlengd.

Fantasierijke modellen op de autoshow in Tokio

Wie in het verleden weleens de AutoRAI in Amsterdam heeft bezocht, verwacht op een autotentoonstelling het actuele aanbod van de verschillende merken. De tweejaarlijkse Tokyo Motor Show –dit jaar gehouden van eind oktober tot begin november– maakt daarop een uitzondering. De Japanse merken vullen hun stands vooral met conceptstudies, de ene nog fantasievoller dan de andere. Nieuwe productiemodellen moeten met een vergrootglas worden gezocht.

Het aantal Europese merken is beperkt, en dat laat goed de marktverhoudingen zien. Elektrisch en autonoom rijden zijn wel belangrijke onderwerpen die ook weer in concepten terug te vinden zijn. Maar Japanners houden ook van gadgets, geluid makende accessoires en mierzoete kleuren. Een kakofonie van geluiden leidt de bezoekers langs de verschillende stands. Opmerkelijk is ook dat de show in de Tokio Big Site bescheiden van oppervlak is. In een halve dag heb je als bezoeker de noviteiten gezien.

Welke eisen stelt de Japanse autokoper?

Kazuyuki Fukuhara is bij Mazda verantwoordelijk voor verkopen op de thuismarkt. Hij weet veel over de beweegredenen van een Japanse automobilist om een bepaald model te kopen. „De laatste jaren worden er 5 miljoen auto’s in Japan verkocht. Daarvan behoort 30 procent tot de zogenaamde microcars”, vertelt hij. „Dat zijn kleine stadsauto’s met maximaal een 660 cc-motor. Deze klasse bestaat alleen in Japan. Op dit vlak werken we samen met Suzuki. Vanaf een formaat groter maakt Mazda de auto’s in eigen huis. Dat begint hier in Japan net als in Europa met de Mazda2, die hier Demio heet.”

Een segment dat onder toenemende belangstelling staat is de SUV, bij Mazda de CX-5. Na de Demio is dat het best verkopende model, niet in de laatste plaats omdat Mazda er een zogenaamde Clean Diesel in aanbiedt.

Kazuyuki Fukuhara weet dat de Japanse klant gevoelig is voor design en economische factoren. „Het lijkt erop dat ook veiligheid een steeds grotere rol gaat spelen. Bovendien is de Japanse consument zeer gevoelig voor service. De ontvangst door de dealer voor de aankoop kan van doorslaggevend belang zijn.”

Hij voorziet in Japan een langzaam groeiende vraag naar elektrische auto’s. „Voorspellingen gaan uit van 10 procent van de totale markt in 2030. In Japan worden gezinnen kleiner en neemt het aandeel oudere mensen toe. Het feit dat ouderen meer ongevallen veroorzaken, is een belangrijk item in de Japanse samenleving. De overheid stimuleert de invoering van elektronische systemen die de bestuurder controleren.

Bewoners van stedelijke gebieden gebruiken auto’s van autodeelprojecten. Op het platteland kopen mensen wel een eigen auto, vooral de betaalbare microcars. Park 24 is van oudsher ons eigen verhuurbedrijf, dat nu de grootste firma op het gebied van autodelen is. Het verzelfstandigde Park 24 maakt gebruik van een elektronisch managementsysteem dat Mazda heeft ontwikkeld. Daarom heeft Mazda een fors aandeel in de vloot van deze aanbieder.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer