De Geus: Begin een eigen bedrijf
Minister De Geus van Sociale Zaken vindt het „jammer” dat de meeste mensen ervoor kiezen in loondienst te treden en niet eigen baas te worden. Hij wil dat meer mensen kiezen voor een eigen zaak. „Er moeten meer ondernemers aan de slag op onze arbeidsmarkt.”
Ook ouderen, gedeeltelijk arbeidsongeschikten en mensen uit de bijstand zouden vaker een eigen bedrijf kunnen beginnen, meent de CDA-bewindsman. De Geus zei dat donderdag in een toespraak over ondernemerschap op het jaarcongres van de werkgeversvereniging AWVN in Lelystad.
Voor oudere werknemers kan een eigen zaak een goed alternatief zijn voor de VUT, meent hij. De Geus laat uitzoeken waarom ouderen niet veel vaker een bedrijf beginnen. Hij wil het ondernemerschap voor ouderen aantrekkelijker maken.
De CDA-bewindsman vindt het in het belang van de werkgelegenheid dat meer mensen een eigen bedrijf beginnen. In 2002 werd de helft van de nieuwe banen door starters gerealiseerd. Het aantal starters nam vorig jaar echter af. Van de beroepsbevolking in Nederland denkt 5 procent erover om in de nabije toekomst een bedrijf op te zetten.
De animo om als zelfstandige te beginnen, is in heel Europa gering. Een bedrijf beginnen is in de VS vanzelfsprekender dan aan deze kant van de oceaan. „Dat heeft te maken met de angst in Europa om failliet te gaan.” Amerikanen stappen luchthartiger over een faillissement heen, aldus De Geus.
De Geus kreeg overigens tijden het congres de nodige kritiek. Werkgeversorganisatie AWVN verwijt het kabinet de discussie met de vakbeweging over het prepensioen onnodig te bemoeilijken. „In een tijd dat alle hens aan dek moeten om Nederland er economisch bovenop te helpen, wil het kabinet alles zelf bepalen. Het gedraagt zich als een regisseur die zelf de hoofdrol wil spelen en deze niet aan de acteurs durft over te laten”, stelde directeur F. Versteeg van de AWVN.
Tekenend noemt Versteeg het dreigement van de regering CAO’s niet meer algemeen verbindend te verklaren als de inhoud haar niet bevalt. „Dat is nu juist een reactie waar we niet op zitten te wachten. Het is alleen olie op het vuur.”
De werkgeversorganisatie, die betrokken is bij de totstandkoming van ruim de helft van alle CAO’s in Nederland, roept het kabinet en centrale werkgevers- en werknemersorganisaties ertoe op het overleg over de toekomst van het vroegpensioen en een verlofspaarregeling te hervatten. De partijen konden het vorige maand niet eens worden over de leeftijd waarop mensen mogen stoppen met werken.
Sinds het mislukte voorjaarsoverleg werkt het kabinet aan plannen om werknemers niet langer belastingvrij te laten sparen voor hun prepensioen als zij eerder dan op hun 65e willen stoppen met werken. Versteeg vreest grote problemen aan de CAO-onderhandelingstafel. Volgens de AWVN-directeur voelen vakbonden zich niet meer gecommitteerd aan het gezamenlijke doel: vergroting van de arbeidsparticipatie van ouderen om de financiële gevolgen van de vergrijzing op te vangen.
Volgens Versteeg zitten sociale partners en het kabinet te dicht bij een oplossing om het overleg te staken. „Het zijn puur ideologische verschillen.” Zo zou het kabinet moeten loslaten dat werknemers geheel vrij mogen bepalen of zij hun prepensioenpremie in een collectieve spaarpot stoppen of dat zij deze gelden laten uitbetalen. Vooral jongeren dreigen de gelden uit de spaarpot te halen, waardoor de collectieve regelingen uitgehold worden.
De AWVN vindt dat het kabinet werkgevers en vakbonden meer ruimte moet geven bij het afspreken van vroegpensioenregelingen. „We hebben eerder al een pensioenconvenant gesloten en dat heeft gewerkt”, aldus Versteeg. Volgens hem is door de ombouw van regelingen in CAO-onderhandelingen de afgelopen zes tot acht jaar de gemiddelde uittredingsleeftijd in het bedrijfsleven al opgeschoven van onder de 60 naar ruim 62 jaar.
Volgens minister De Geus (Sociale Zaken) worden de onderhandelingen niet heropend. Hij vindt de poging die is gedaan om er uit te komen serieus genoeg geweest. De vakbeweging heeft het afgewezen, de werkgevers kunnen er wel mee leven, stelde hij. Hierover kan alleen verder worden gepraat als uit de ledenraadpleging van de vakbonden blijkt dat werknemers het kabinetsvoorstel steunen.