Economie

De spruitjes van Rutte III

Nederland heeft bijna zeven maanden moeten wachten op de plannen van de coalitie van VVD, CDA, D66 en ChristenUnie. Een lange zit, maar heb je dan ook wat?

Leontine Treur
28 October 2017 11:51Gewijzigd op 16 November 2020 11:48
beeld ANP, Piroschka van de Wouw
beeld ANP, Piroschka van de Wouw

Het ingewikkeldste deel van het regeerakkoord is het pakket aan fiscale maatregelen. Er wordt aan allerlei knoppen gedraaid en veel individuele maatregelen werken zelfs tegen elkaar in. Dat maakt het lastig om te bepalen of mensen en bedrijven er financieel op vooruit of juist op achteruit gaan.

Zo krijgen bedrijven een lastenverlichting door de verlaging van de vennootschapsbelasting, maar wordt de renteaftrek op vreemd vermogen begrensd. Bovendien zijn sommige bedrijven aanzienlijk meer geld kwijt aan energie en transport. De belasting op gas gaat omhoog en die op elektriciteit omlaag. Er komt een kilometerheffing voor vrachtwagens. Of er per saldo sprake is van lastenverlichting of -verzwaring zal dus van bedrijf tot bedrijf verschillen.

Voor huishoudens is het niet overzichtelijker. Het terugbrengen van vier schijven naar twee is ongunstig voor mensen met een laag inkomen en gunstig voor mensen met een hoog inkomen. Maar de verhoging en steilere afbouw van de algemene heffingskorting en de arbeidskorting en de versnelde afbouw van de hypotheekrenteaftrek werken precies de andere kant op. Per saldo gaat de inkomstenbelasting voor iedereen omlaag.

Maar daarmee zijn we er niet. We gaan namelijk meer betalen voor de dagelijkse boodschappen en ook onze energierekening gaat omhoog. Volgt u het nog? Het Centraal Planbureau heeft het allemaal doorgerekend en concludeert: alles bij elkaar opgeteld stijgt de koopkracht. Dat geldt vooral voor werkenden, maar ook –zij het in mindere mate– voor uitkeringsgerechtigden en gepensioneerden. Zolang hun pensioenen niet worden gekort, tenminste. Toch zullen er altijd individuele gevallen te vinden zijn waar de optelsom negatief is. Bijvoorbeeld bij mensen die veel thuis zijn, een slecht geïsoleerde woning hebben en van een hoge kamertemperatuur houden.

Al met al is er een kleine verschuiving van lasten op inkomen, vermogen en bedrijfswinst naar consumptie. Deze verschuiving is economisch gezien verstandig, want belastingen werken verstorend, zoals dat heet: mensen passen hun gedrag erop aan. Uit onderzoek blijkt dat vooral de belasting op arbeid verstorend is: deze beïnvloedt zowel de vraag naar arbeid als het aanbod ervan. Dat geldt ook voor de huidige btw-systematiek: het verstoort de inkoopbeslissing en leidt tot een arbitraire indeling van goederen en diensten in het lage of hoge tarief. De verhoging van het lage btw-tarief van 6 naar 9 procent is daarom verstandig: het is economisch efficiënter als de twee btw-tarieven dichter bij elkaar liggen.

Zo bezien is de btw-verhoging de ‘portie spruitjes’ van het belastingmenu: heel gezond, maar niet iedereen vindt ze even lekker. Want voor bedrijven die nu in het lage tarief vallen, zoals kappers en fietsenmakers, is het niet altijd eenvoudig een hogere prijs door te berekenen aan de klant.

Omdat het regeerakkoord pas na Prinsjesdag gereed was, gaan de belastingmaatregelen volgend jaar nog niet in. De maatregelen zullen als ”Belastingplan 2019” aan de Tweede Kamer worden gepresenteerd. De vraag is of het een hamerstuk wordt of dat er toch druk zal zijn om bepaalde maatregelen af te zwakken. De btw-verhoging is een maatregel die eenvoudig te bekritiseren is.

En ook het afschaffen van de wet-Hillen heeft al tot onrust geleid onder woningbezitters die hun hypotheek helemaal of bijna helemaal hebben afgelost. Onbetrouwbare overheid, horen we regelmatig. Naar mijn mening onterecht. Want het kan niet zo zijn dat regels nooit meer kunnen worden aangepast, terwijl de omstandigheden veranderen. En het lijkt ook een beetje een gelegenheidsargument. Niemand klaagde toen de tijdelijke verlaging van de overdrachtsbelasting alsnog permanent werd.

Weerstand tegen de spruitjes uit de belastingplannen is niet alleen vanuit de oppositie te verwachten, maar ook uit de achterban van de coalitiepartners. Want met de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2018 in zicht, staan alle politieke partijen binnenkort weer in campagnemodus.

De auteur is econoom bij RaboResearch.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer