Vraag overstijgt aanbod op woningmarkt
Door de toenemende vraag naar woningen en een steeds kleiner wordend aanbod zijn de huizenprijzen in het derde kwartaal opnieuw fors gestegen. Dat blijkt uit cijfers die de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) donderdag bekendmaakte. Vooral in de stad rijzen de woningprijzen de pan uit.
Door deze ontwikkeling krijgen starters steeds minder kans, waarschuwt NVM-voorzitter Ger Jaarsma in een toelichting. Hij pleit dan ook voor een strakke regie vanuit het kabinet om de woningmarkt ook voor starters toegankelijk te houden.
Hoewel het aantal transacties in het derde kwartaal nagenoeg gelijk bleef aan dat van een jaar eerder, zijn er steeds minder huishoudens die hun woning te koop zetten. Terwijl de vraag toeneemt, signaleert de NVM. Volgens Jaarsma komt dit doordat huishoudens op elkaar wachten. „Veel mensen zetten hun huis niet te koop voor ze een nieuwe woning hebben gevonden.” Deze krapte zorgde er in het derde kwartaal voor dat de gemiddelde verkoopprijs een recordhoogte bereikte van 264.000 euro. Dat is bijna 10 procent meer dan een jaar geleden. Het aantal dagen dat een huis te koop staat, daalde naar 56. In hetzelfde kwartaal in 2013 was de gemiddelde verkooptijd nog 159 dagen.
Een kwart van de woningen werd in het derde kwartaal boven de vraagprijs verkocht, 15 procent van de verkopers kreeg de prijs die werd gevraagd. „Dit zijn ongekend hoge percentages”, aldus Jaarsma.
Het aantal nieuwbouwwoningen zit in de lift, signaleert de NVM. De aangesloten makelaars zagen de laatste vier kwartalen bijna 35.000 nieuwbouwhuizen in de verkoop komen, een record sinds de crisis.
Toch zal de bouwproductie meer moeten stijgen, waarschuwen instanties. Zo zegt ABF Research dat er tot 2025 zo’n 80.000 woningen per jaar bij moeten komen.