Wisseling presidentes vrouwenbond Gereformeerde Gemeenten
Vijftien jaar was A. Teerds-Gertenbach presidente van de Bond van Vrouwenverenigingen van de Gereformeerde Gemeenten (VBGG). Dinsdag nam ze na dertig jaar afscheid van het bondsbestuur tijdens de jaarvergadering in Geldermalsen. M. A. Heikoop-Gorter uit Tricht volgt haar op. Een dubbelgesprek. „De Heere kan een eenvoudig woord tijdens een verenigingsavond zegenen.”
Een mooie, leerzame periode, zo blikt Teerds terug op haar tijd als presidente. „Ik zie het als een geschenk. Het werk voor de vrouwenbond heeft de Heere op mijn weg geplaatst. Wat een voorrecht zo veel te mogen doen, allerlei mensen te ontmoeten, lezingen en overdenkingen te horen. Dat was zeer waardevol.”
De sfeer in het bondsbestuur is goed, zegt ze. „Er wordt naar elkaar geluisterd en samen komen we er altijd uit. En we hebben een goede voorzitter aan ds. A. Verschuure.”
De vele contacten binnen en buiten de Gereformeerde Gemeenten hebben haar blik verbreed, zegt Teerds. „De contacten met vrouwenbonden van andere kerken zijn goed. We bezoeken elkaars bondsdagen en we werken samen in het Comité Vrouwenbonden. Dat was in het verleden overigens intensiever dan nu: we hebben bijvoorbeeld veel gedaan voor stichting Friedensstimme, maar de situatie in Oost-Europa en Rusland is aanzienlijk verbeterd.
In Nederland hadden we als vrouwenbonden regelmatig contact in de tijd dat de abortus- en euthanasiewetgeving werd ingevoerd. Nu hebben de platforms Zorg voor leven en Waarden en Normen dat overgenomen. Al sturen we als comité nog wel brieven om aandacht te vragen voor onderwerpen. Zo hebben we een brief geschreven aan het Pakistaanse consulaat en een petitie ondertekend voor vrijlating van de Pakistaanse christin Asia Bibi.”
Wat waren hoogtepunten tijdens uw periode als presidente?
„Het was een mooie tijd, waarin de bondsdagen hoogtepunten waren. Heel bijzonder was het bezoek dat drie bondsbestuursleden op uitnodiging van de zending aan het zendingsveld in Nigeria brachten. We liepen op de plaatsen die je anders op de foto’s van de zendingskalender ziet. Het was mooi om te zien wat er concreet gebeurt met het ingezamelde geld waar de verenigingen zich zo voor inzetten. We hebben daarna bij bijna alle vrouwenverenigingen dia’s over de reis laten zien.”
U stopt nu. Waarom?
„Na vijftien jaar als presidente vind ik de tijd gekomen om het bondsbestuur te verlaten. Het mag goed gaan en dan is het de beste tijd om te stoppen. Ik kan mijn taken vol vertrouwen overdragen aan mijn opvolgster. Het bondswerk ga ik zeker missen. Daarom is het fijn dat ik werk blijf doen als eindredactrice van het blad van de VBGG, Tabitha, en voor de vakantieweken voor mensen met een beperking.”
De nieuwe presidente, M. A. Heikoop-Gorter, zegt „in de voetsporen” van haar voorganger te willen treden. „Ik hoop het te doen met Gods hulp en kracht”, benadrukt zij. Zij is al tien jaar bondsbestuurslid. „Helemaal nieuw is het besturen niet. Bovendien is het besturen iets wat we met elkaar doen. Verder ben ik al jaren betrokken bij het organiseren van de vakantieweken voor mensen met een beperking.”
Hoe gaat het met de vrouwenverenigingen van de Gereformeerde Gemeenten?
Teerds: „Over het algemeen gaat het goed. We hebben 132 aangesloten verenigingen, met samen meer dan 5000 leden.”
Heikoop: „De verenigingen nemen een gewaardeerde plaats in binnen de gemeenten. Dat zeggen kerkenraden, en ook op de laatstgehouden generale synode is dat uitgesproken.”
Teerds: „Het mooie van de vrouwenverenigingen is dat ze vooral op de ander gericht zijn: leden leggen veel bezoekjes af in de gemeente, ze sturen kaartjes naar jarigen, zieken, eenzamen, zamelen geld in voor zending, evangelisatie en andere doelen. Zo betekenen ze veel voor de naasten dichtbij en ver weg.”
Heikoop: „Daarnaast is er op de verenigingsavonden tijd voor bezinning rondom Gods Woord.”
Teerds: „In dat opzicht hebben we dingen zien veranderen. Het handwerken is veel minder geworden. We zien op de verenigingsavonden dat vaker het gesprek rond de Bijbel wordt gevoerd. Verenigingen nodigen vaker sprekers uit of leden verzorgen een inleiding. De avonden hebben meer een bezinnende invulling gekregen dan in het verleden.”
Staat de bezinning rond de Bijbel hier en daar niet onder druk door allerlei (creatieve) activiteiten?
Heikoop: „Ook avonden met een creatieve invulling worden geopend en gesloten en er wordt een meditatie gelezen. We zoeken wel naar verschillende vormen om de avonden zinvol in te vullen.”
Teerds: „Een vrouwenvereniging is geen hobbyclub. Er zijn gemeenten waar creatieve morgens of avonden worden georganiseerd, maar dat gebeurt dan niet vanuit de vrouwenbond.
We zoeken inderdaad naar nieuwe vormen. Zo wordt er binnenkort een regiobijeenkomst georganiseerd op een morgen, op 24 oktober in Aagtekerke. Dat gebeurt nadat we verschillende vragen daarover kregen. Voor moeders met een gezin kan een morgenbijeenkomst aantrekkelijker zijn dan een regioavond. We staan als vrouwenbond open voor ideeën van onze leden.”
De druk op moeders en gezinnen neemt toe. Steeds meer moeders hebben taken buitenshuis. Merkt u dat ook binnen de VBGG?
Teerds: „Vroeger was de verenigingsavond het enige avondje uit. Dat is niet meer zo. Er is tegenwoordig heel veel wat de aandacht vraagt. Veel vrouwen en moeders hebben werk buitenshuis of doen vrijwilligerswerk. Er zijn echter ook moeders uit drukke gezinnen die bewust de rust van de verenigingsavond opzoeken.”
Heikoop: „Ook jongere vrouwen weten de vereniging te vinden. Vaak komen ze samen met vriendinnen. De jongeren waarderen het als er ook aandacht voor bezinning is. Daarom is het zo belangrijk dat vrouwenverenigingen een gevarieerd programma bieden, zodat jongere en oudere leden allemaal graag naar de avonden komen.”
Teerds: „Dat is een zoektocht. De situatie is in elke plaats anders.”
Hebben de verenigingen last van vergrijzing?
Teerds: „Er zijn verenigingen waarbij dat speelt, maar dat is zeker geen algemeen beeld.”
Heikoop: „Het is juist fijn dat ouderen en jongeren samen op de vereniging zitten. Dat is verrijkend.”
Veel verenigingen kunnen lastig aan bestuursleden komen. Herkenbaar?
Teerds: „Ja, dat zien wij ook. Het is soms lang zoeken naar iemand die bestuurslid wil worden. Maar het komt meestal wel goed. Ook voor het landelijk bestuur is het een zoektocht. Daarom hebben we een aantal jaren geleden de statuten aangepast, zodat een enkelvoudige voordracht voor de herverkiezing mogelijk is. Dat scheelt veel werk. Voor nieuwe bestuursleden stellen we nog wel tweetallen. Te veel wisselingen zijn trouwens niet goed. Je mist dan de noodzakelijke ervaring.”
Momenteel loopt er een actie van de VBGG voor de zending en de evangelisatie. Hoe gaat het?
Teerds: „Die actie is van start gegaan op de bondsdag in april met een basisbedrag van 10.000 euro. In de achterliggende vakantiemaanden is al 7000 euro binnengekomen. Dat stemt hoopvol. De komende maanden zullen naar verwachting veel verenigingen zich gaan inzetten om geld bijeen te brengen voor het nieuwe zendingsveld in Cambodja en voor een veldwerker voor evangelisatie in grote steden in Nederland.”
Wat betekenen vrouwen binnen het kerkelijk leven?
Teerds: „Vrouwen spelen een onmisbare rol op de achtergrond. Er zijn veel mannen die zich inzetten binnen de kerk. Wat is het mooi dat zij door het thuisfront ondersteund worden. Vrouwen kunnen veel werk uit handen nemen en veel betekenen tijdens bezoekjes. Ze hebben ook een ander invoelingsvermogen dan mannen.”
Heikoop: „Mij spreekt de plaats van Tabitha uit Handelingen 9 bijzonder aan. Zij wordt een discipelin van de Heere Jezus genoemd. Zij had een plaats op de achtergrond, in stilte, en deed veel goeds in de gemeente.”
Zijn de verenigingen tot zegen?
Teerds: „Ja, dat geloof ik zeker. Soms horen we dat een openingswoord of referaat iemand heeft geraakt of tot nadenken heeft gezet. Maar verder weten we niet wat het gezaaide Woord heeft uitgewerkt. Dat weet de Heere.”
Heikoop: „De Heere kan een eenvoudig woord tijdens een verenigingsavond zegenen.”
Teerds: „De Heere gebruikte slijk en dat eenvoudige middel was tot zegen. We proberen als besturen ons werk goed te doen, maar dat zal altijd in afhankelijkheid van de Heere moeten gebeuren. Psalm 84:3 zegt het zo mooi: „Welzalig hij die al zijn kracht en hulp alleen van U verwacht.””
Heikoop: „Het is een groot voorrecht dat we nog in vrijheid rond Gods Woord kunnen samenkomen. Denk eens aan die landen waar dat niet mogelijk is. Dat moet ons tot verwondering zijn.”
Teerds: „Het is mijn wens dat moeders en oma’s datgene wat ze vanuit Gods Woord op de verenigingen horen, zullen doorgeven in hun eigen gezinnen. Daarbij is de zegen van de Heere onmisbaar. Ik hoop dat het werk zo zijn voortgang mag hebben, tot eer van Zijn Naam en uitbreiding van Zijn Koninkrijk.”
A. Teerds-Gertenbach en M. A. Heikoop-Gorter
Aria Teerds-Gertenbach (66) werd geboren in Dordrecht. Zij werkte na een opleiding aan de pedagogische academie De Driestar in het onderwijs. Sinds 1987 is ze lid van het hoofdbestuur van de vrouwenbond van de Gereformeerde Gemeenten. De laatste vijftien jaar was zij presidente. Zij participeerde ook in het Comité Vrouwenbonden. In familieblad Terdege verzorgde zij van 1984 tot 1996 een rubriek over opvoedingsvragen. Over dat onderwerp publiceerde zij ook. Teerds is woonachtig in Hendrik-Ido-Ambacht. Zij is getrouwd met Niek Teerds. Zij hebben samen drie kinderen en twaalf kleinkinderen.
Meiny Heikoop-Gorter (55) werd geboren in Enkhuizen. Zij zit sinds 2007 in het hoofdbestuur. Daarbinnen verzorgt zij het lectuurfonds, en is zij secretaresse van de Commissie vakantieweken voor mensen met een beperking. Heikoop-Gorter woont in Tricht (bij Geldermalsen), is getrouwd met Hans Heikoop, bestuurder van een organisatie voor postmortale zorg. Zij hebben samen vijf kinderen en acht kleinkinderen.
Lees ook in Digibron:
,Een voorrecht dat ik dit werk mag doen’’ - Mevrouw A. Teerds-Gertenbach, de nieuwe presidente van de vrouwenbond Gereformeerde Gemeenten (Terdege, 23-10-2002)