Kabinet werkt aan hulpfonds Sint-Maarten
Het kabinet werkt aan de oprichting van een hulpfonds voor Sint-Maarten. Hoeveel geld daarin moet komen en hoe het er precies uit komt te zien is nog niet duidelijk. Wel moet er „echt groot geld in”, heeft minister Ronald Plasterk (Koninkrijksrelaties) gezegd.
Het kabinet gaat hier waarschijnlijk volgende week vrijdag naar kijken. Daarna moet daar met de andere landen in het koninkrijk, Curaçao, Aruba en Sint-Maarten, een besluit over komen.
De wederopbouw gaat zeker honderden miljoenen euro’s kosten. „Het Bruto Nationaal Product van Sint-Maarten is 200 miljoen euro. De schade is groter dan dat”, zei de bewindsman.
Plasterk zou het goed vinden als zichtbaar wordt dat „alle landen in het koninkrijk” achter het hulpprogramma staan. De minister zegt dat wel goed moet worden gekeken hoe het fonds precies wordt ingericht „zodat het fonds de eindverantwoordelijkheid kan hebben voor het verlenen van kredieten, besluiten en wellicht het geven van opdrachten”.
Waar het geld vandaan moet komen is nog compleet onduidelijk. Dat wordt de komende weken ook niet bekend, aldus Plasterk, die zegt dat het nieuwe kabinet hiernaar moet kijken.
Tweede Kamerlid Joël Voordewind (ChristenUnie) wil dat het hulpgeld niet afgaat van het budget voor directe armoedebestrijding van de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.