Kerk & religie

Ds. Van ‘t Foort in Zuid-Afrika: Het Evangelie dat we brengen is rijk

Ds. Linus van ’t Foort is toeruster van vier kerkelijke gemeenten van Die Vrye Gereformeerde Kerk van Suid-Afrika op de Kaapse Vlakte in Zuid-Afrika. Gemeenten die hun kerk-zijn vormgeven te midden van bendegeweld en drugsproblematiek. Twee jaar geleden vertrok de predikant uit Nederland. Zijn vrouw Trees bleef achter.

Marius Bremmer
31 August 2017 19:14Gewijzigd op 16 November 2020 11:21
Ds. Linus van 't Foort werkt als toeruster in Zuid-Afrika. beeld Marius Bremmer
Ds. Linus van 't Foort werkt als toeruster in Zuid-Afrika. beeld Marius Bremmer

Zijn vrijstaande huis staat in Brackenfell, een blanke voorstad van Kaapstad. De Kaapse Vlakte is een verstedelijkt buitengebied, waar meer dan 2 miljoen mensen wonen, hutjemutje op elkaar. De misdaad tiert er welig. De predikant doet zijn werk in Zuid-Afrika in zekere zin alleen. Zijn vrouw woont in Apeldoorn, dicht bij hun vier kinderen en vooral dicht bij hun jongste zoon Gerrit, die een verstandelijke beperking heeft. „Het schrijnt dat we niet bij elkaar wonen”, zegt ds. Van ’t Foort over de onnatuurlijke situatie. „Maar we mogen ervaren dat we kracht van God krijgen om hiermee te leven.”

Engelbertus Linus van ’t Foort werd geboren op een boerderij tussen Barneveld en Scherpenzeel. Hij studeerde theologie aan de Theologische Universiteit van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt in Kampen en vertrok naar Borneo om daar zijn eerste gemeente te dienen. Na Indonesië volgde Kaapstad, waar de predikant van 1991 tot 1998 zendeling was in de kleurlingenwijk Belhar. Van 1998 tot 2015 stond hij als gemeentepredikant in de Zuiderkerk van vrijgemaakt Enschede.

„In Enschede kreeg ik een telefoontje uit Kaapstad over het werk op de Kaapse Vlakte. Mensen kenden mij er natuurlijk nog en mijn kennis van het Afrikaans gaf voor het werk een enorme voorsprong. Maar ik wilde en kon niet weg vanwege onze zoon Gerrit, die in een zorginstelling woont. Nadat ik het telefoongesprek had voorgelegd aan Trees, werd ze emotioneel. „Dit is een roeping van God”, zei ze. „Linus, dit is wat bij je past, dit is een uitdaging!”

Na een halfjaar kwam inderdaad het beroep. „We hebben ons toen op Ameland teruggetrokken om een afweging te maken. De situatie van Gerrit was intussen zo stabiel dat we wel weg konden. Hij was in goede handen. Ik zou eerst vertrekken en Trees zou een halfjaar later komen, zodat Gerrit aan het idee kon wennen. Helaas ging het daarna opeens slechter met hem. Nu reist Trees twee keer per jaar naar Kaapstad en ik twee keer per jaar naar Nederland.”

Braai

De vier gemeenten op de Kaapse Vlakte krijgen begeleiding, coaching en versterking van ds. Van ’t Foort. Hij voert gesprekken met de zendingspredikanten van de VGKSA, met als doel dat ze zelfstandig aan de slag kunnen. Hij geeft binnen de VGKSA trainingen aan kerkenraden of kerkenraden in oprichting, organiseert mannendagen en Bijbelstudiekringen. En soms een gezellige braai (barbecue, MB). Daarnaast vervaardigt hij materiaal voor bijvoorbeeld de catechisaties. „Ik maak de formats en draag deze dan over. Uiteindelijk moeten de nieuwe locaties toewerken naar een eigen predikant of een tentenmaker die er aan het werk kan.”

Op zijn laptop laat hij een indrukwekkend Excelbestand zien. Het verraadt ict-vaardigheid bij de pastor. „Kijk, dit is het jaarplan van 2017. Hiermee begeleid ik de collega’s met het organiseren van hun werk. Ik moet hen daarbij niet voor de voeten lopen. Bij problemen verwijs ik gemeenteleden naar hun eigen predikant.”

Minderwaardig

Het leven op de Kaapse Vlakte is troosteloos, al kun je het vanwege de stenen huizen geen echte krottenwijk noemen. De wegen zijn zanderig en als het waait, is het er een grote stofboel. Overdag is het gebied verlaten, omdat de meeste mensen in de grote stad werken. De problematiek die de predikant tegenkomt, is heftig. „Kaapstad is een stad van gangs. Er is bendegeweld in relatie tot drugs.”

Er wonen op de Kaapse Vlakte veel kleurlingen: gekleurde nakomelingen van Nederlandse mannen en lokale vrouwen en van slaven die de VOC uit Indië haalde. Achternamen als Arends, Willemse, Braaf, Van Wijck of Abrahams verraden hun afkomst. Ook wonen er in de voorsteden Delft en Leiden steeds meer zwarte Zuid-Afrikanen en immigranten uit andere landen van het continent. „Vooral kleurlingen voelen zich minderwaardig. Iemand zei laatst: „Kleurlingen zijn nikswerdmense”, zeg maar: nietswaardmensen. Er heerst veel onderling wantrouwen, gevoed door de regerende ANC, maar ook door de grote oppositiepartij. De jeugd is vaak losgeslagen. Moeders zijn lang onderweg naar werk in de stad. De vaders eveneens, of ze hangen verslaafd rond. Geld voor onderwijs is er wel maar komt niet goed terecht. Er is analfabetisme, evenals armoede. Er zijn bedelaars en altijd liggen bendeleiders op de loer om nieuwe leden te werven onder de jeugd.”

Ds. Van ’t Foort vertelt hoe hij soms in het Zuid-Afrikaanse Leiden of Delft een eenvoudige gereformeerde kerkdienst in een noodlokaaltje van een school bijwoont, terwijl buiten de drukke geluiden van een naburige pinksterkerk klinken. „Ik streef heus niet naar vrijgemaakte kleurlingen, maar het Evangelie dat we brengen, is rijk en we mogen anderen daarin laten delen. Een van onze diakenen komt uit een evangelische gemeente. Hij is blij dat hij bij ons de Bijbel uitgelegd krijgt. De VGKSA werkt steeds meer samen met andere kerken, zoals de Dopperkerken. Dat zijn de Zuid-Afrikaanse gereformeerden, waarvan de VGKSA zich ooit vrijmaakte. We hebben elkaar nu erkend als ware kerk. De verhoudingen zijn goed en kanselruil gaat er vast een keer komen. Als je ziet dat met zwarte immigranten uit andere landen in Afrika de toverdokters binnenkomen, moeten wij als VGKSA toch echt van ons eilandje af komen en samen met anderen een goede gereformeerde tegenhanger vormen. Desnoods met een evangelische band, zoals recent op een vrouwendag.”

Tot aan zijn emeritaat, eind 2018, hoopt de predikant de kleine kerken van de Kaapse Vlakte te blijven dienen. Iets wat gezien zijn thuissituatie niet altijd meevalt. „De weekenden zijn het lastigst”, zegt hij. „Trees en ik hebben elke dag even contact via FaceTime en eens per week FaceTime ik een kwartier met onze zoon Gerrit. Meer kan hij niet aan. Dat de situatie van Gerrit het niet toelaat dat Trees ook in de Kaap komt wonen, is een teleurstelling. Maar dat ik hier nu woon, zie ik als de roeping van de Heer. Ik blijf positief, hier bij Kaap de Goede Hoop.”

De VGKSA

De vier kerkelijke gemeenten op de Kaapse Vlakte die ds. Van ’t Foort toerust, behoren tot Die Vrye Gereformeerde Kerk van Suid-Afrika, de VGKSA. Dit kerkverband is gesticht door vrijgemaakt gereformeerde immigranten. De ‘moederkerk’ is de gemeente in Kaapstad (voorstad Belville). Eind jaren zeventig begon deze gemeente met zendingswerk in het woongebied Belhar, waarna een zendingsgemeente tot stand kwam. Ds. Van ’t Foort was hier van 1991 tot 1998 zendingspredikant. Later werden er twee zendingsgemeenten gesticht vanuit Belhar en Bellville: één in Leiden (een stadswijk van de voorstad Delft) en één in Wesbank (een andere voorstad op de Kaapse Vlakte).

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer