Gelovige oudere voelt zich gelukkiger
Geluk komt met de jaren: voor meer dan de helft van de Nederlandse ouderen is de fase na hun 55e levensjaar de mooiste periode ooit. Dat blijkt uit het Grote Geluksonderzoek van belangenorganisatie KBO-PCOB onder 2500 senioren.
Het geluk zit hem vooral in het ontbreken van werkdruk en het zelf kunnen indelen van de tijd. Daarnaast speelt het contact met anderen een grote rol. Hoe meer contact met familie, vrienden en buren, hoe gelukkiger de ouderen zijn. Zo geven senioren die minder dan één keer per maand andere mensen zien het gelukscijfer 6,8 aan hun leven, terwijl ouderen die meerdere dagen per week anderen ontmoeten hun leven een 8,2 waard vinden.
Ook het geloof is van invloed op het geluksgevoel. Van de gelovige ouderen vindt 77 procent zichzelf een gelukkig mens, tegenover 66 procent van de niet-gelovigen.
Op welk moment waren de ouderen het allergelukkigst? Zes van de tien senioren weten dat precies. Dat was toen hun eerste kind of kleinkind werd geboren, op hun trouwdag, na een geslaagde operatie of toen ze met pensioen gingen. Maar voor veel ouderen zijn het de kleine dingen die het doen: een zingende vogel, een fietstocht door het bos, mooie muziek of een kleinkind dat zegt: „Oma, ik vind je lief.”
Een oudere uit het onderzoek: „Geluk is voor mij tevredenheid: iedere ochtend blij zijn met de merel die zit te wachten op een stukje kaas, de woonkamer lekker warm, ontbijt maken, krantje erbij, en dan een warme douche om de pijn te laten verdwijnen na een vaak slapeloze nacht.”