Van der Laan emotioneel over zijn stad, niet over zijn ziekte
„Ik blijf nog een poosje burgemeester.” Dat zei de Amsterdamse burgemeester Eberhard van der Laan (62) zondag in de aan hem gewijde uitzending van Zomergasten. Van der Laan is ernstig ziek, hij heeft uitgezaaide longkanker.
Hij benadrukte dat hij zelf degene zal zijn die besluit om met werken te stoppen en dat hij daarin veel steun krijgt van onder meer de gemeenteraad en de commissaris van de Koning in Noord-Holland, Johan Remkes. „Ik moet zorgen dat niemand mij erop hoeft te wijzen dat het tijd wordt.” Hij heeft wel over stoppen nagedacht - „het zou onverantwoord zijn dat niet te doen” - maar voelt zich nu nog te verantwoordelijk om op te stappen. „Verantwoordelijkheid is mijn bijnaam”, aldus Van der Laan.
Sinds de diagnose doet hij wel minder en laat taken over aan zijn locoburgemeesters. „Amsterdammers helpen mij door te zeggen: blijf nog maar een poosje, maar let wel op jezelf.” Ook brengt Van der Laan meer tijd door met zijn gezin.
„Ik heb al heel lang pijn op een aantal plekken. Maar ik voel me goed”, zei Van der Laan. Hij praat liever niet over zijn ziekte: „Ik heb iets wegduwerigs”. Gevraagd naar wat hij hoopt dat zijn erfenis zal zijn, antwoordde hij, zichtbaar geëmotioneerd: „Dat Amsterdam de lieve stad blijft die het is”.
En op de vraag of hij altijd al burgemeester wilde worden, antwoordde Van der Laan met een pertinent nee: „Ik wilde altijd liever een zwerver zoals Swiebertje worden.” Hij wilde aanvankelijk arts worden, maar werd drie keer uitgeloot voor de studie geneeskunde en ging toen rechten studeren.
In verband met de ziekte van de burgemeester was deze uitzending van Zomergasten niet live, maar een week eerder opgenomen. „Als mijn ziekte dan even opspeelt is het geen beletsel voor het live-programma”, zei Van der Laan eerder bij AT5. Hij vond het programma een goede aanleiding om terug te kijken op zijn leven. Dat deed hij onder meer met fragmenten van PvdA-coryfee Jan Schaefer (wiens assistent hij was), beelden uit het Kamerdebat na de aanslag op Charlie Hebdo en een fragment uit de film Mississippi Burning.
De uitzending was in Amsterdam op meerdere plekken op grote schermen te zien. Onder meer in Het Scheepvaartmuseum, Amsterdam Museum, De Balie, Het Ketelhuis en Q-Factory kwamen mensen met elkaar naar het VPRO-programma kijken.