Ericsson schuift kostenbesparingen naar voren
De Zweedse producent van netwerkapparatuur Ericsson zet extra vaart achter een lopend bezuinigingsprogramma na opnieuw een kwartaal met tegenvallende resultaten. Dat is volgens het technologiebedrijf nodig omdat de marktomstandigheden verder zijn verslechterd.
Ericsson behaalde in het tweede kwartaal een omzet van net geen 50 miljard Zweedse kroon (5,2 miljard euro). Dat is 8 procent minder dan een jaar eerder. Wanneer gunstige wisselkoerseffecten buiten beschouwing worden gelaten, komt de daling zelfs op 13 procent. Het bedrijf leed een nettoverlies van omgerekend 105 miljoen euro, tegen een winst van 167 miljoen euro een jaar eerder.
De vraag naar technologie voor telecomnetwerken staat al geruime tijd onder druk, na jaren waarin aanbieders van mobiele telefonie fors investeerden in 4G-netwerken. Ericsson ging tot dusver uit van een krimp van de markt met 2 tot 6 procent in 2017, maar vreest inmiddels dat dit weleens richting de 10 procent zou kunnen gaan.
Topman Börje Ekholm toonde zich dinsdag ontevreden over de gang van zaken, maar benadrukte dat de strategie die hij heeft uitgestippeld voor de komende jaren, uiteindelijk tot een verbetering zal leiden. Wel worden sommige bezuinigingsmaatregelen naar voren gehaald, waardoor de kosten binnen een jaar structureel met 1 miljard euro moeten zijn gedaald.
Daarbij mikt het bedrijf vooral op een verlaging van de algemene bedrijfskosten. Op investeringen in de ontwikkeling van nieuwe technologie wordt niet beknibbeld, aldus Ekholm. Ericsson werkt samen met onder meer het Britse Vodafone aan een opvolger van 4G-technologie voor snel mobiel internet.