Van der Hoeven: meer studenten naar buitenland te duur
Nederland heeft moeite met de financiering van een Europees plan om meer studenten in het buitenland te laten studeren. Het plan is te duur, heeft minister Van der Hoeven (Onderwijs) vrijdag in Brussel gezegd tegen haar collega’s van andere EU–landen.
Nu nemen jaarlijks 5000 Nederlandse studenten deel aan een uitwisselingsprogramma. Het aantal zou volgens een Europees voorstel moeten verdrie– tot viervoudigen.
Van der Hoeven heeft liever dat de kwaliteit van de uitwisseling omhoog gaat dan de aantallen studenten. Ze denkt dan aan een betere regeling voor studiepunten en minder bureaucratie. Ook wil ze meer aandacht voor EU–burgerschap tijdens de studie aan de buitenlandse universiteit: „Studenten moeten in het buitenland ook kennismaken met de cultuur en democratie van het land, niet alleen met de universiteit zelf".
De extra uitwisseling van studenten in Europa is vooralsnog een plan. Van der Hoeven hoopt dat Europees commissaris Reding (Onderwijs) snel haar wetsvoorstellen presenteert. De ministers zouden ze dan kunnen bespreken tijdens hun informele bijeenkomst 12 juli in Rotterdam. „Reding moet daarvoor alles op alles zetten", zei Van der Hoeven. „Anders is het een gemiste kans."
Het plan stelt ook doelen voor andere groepen dan studenten. Zo zouden medio 2013 minstens 50.000 volwassen Europeanen in het buitenland moeten studeren of doceren.
Europa heeft verscheidene programma’s om uitwisseling in het onderwijs te bevorderen. Voor het hoger onderwijs is er het Erasmusprogramma, dat beurzen geeft aan studenten en docenten. In het basis– en voortgezet onderwijs kunnen scholen voor internationale samenwerking een beroep doen op het Comeniusprogramma. De Europese Commissie wil dat een op de tien leerlingen betrokken wordt bij dit programma. In 2013 moet minstens 20 procent van de onderwijsinstellingen deelnemen aan een Europees samenwerkingsprogramma.