Dat bevestigde dr. M. H. Oosterhuis, preses van de GKV-synode, dinsdagmorgen naar aanleiding van berichtgeving in het Nederlands Dagblad.

Het jaartal 2023 wordt genoemd op basis van „schattingen naar hoeveel voorbereidingen zo’n fusie kost”, aldus de emeritus predikant uit Wezep. „Er moet veel in de steigers worden gezet om twee kerken in elkaar te schuiven.”

Ds. Oosterhuis verwacht dat de synode van 2020 „voorlopige constructies over het samengaan onder de loep neemt.” Daarna zal het proces „in detail” worden uitgewerkt.

Volgens de synodevoorzitter bleek er vorige week tijdens de synodevergadering van de GKV in Elspeet breed draagvlak te zijn voor een kerkfusie. In het najaar komt er een gezamenlijke vergadering van de synodes van de GKV en de NGK, de eerste sinds het ontstaan van de NGK eind jaren zestig van de vorige eeuw.

De contacten met de Christelijke Gereformeerde Kerken hoeven volgens ds. Oosterhuis niet onder de fusie te lijden. „De CGK werken nu al lokaal samen met de NGK, bijvoorbeeld in Kampen.”

Aanvechtbaar

Ds. J. R. Visser van de Gereformeerde Kerken Nederland (GKN), een afsplitsing van de GKV, stelde vanmorgen desgevraagd dat de fusie „een bezegeling van de verschillen” tussen de GKV en de GKN betekent. Hij noemt het GKV-besluit om vrouwen tot de ambten toe te laten een besluit „waarbij de cultuur en de Schrift samengenomen zijn, terwijl de Bijbelse gronden ervoor aanvechtbaar zijn.”