Een ruime meerderheid van het Europees Parlement stemde woensdag wel in met dat doel, als alvast een belangrijk onderdeel van een pakket om de doelen van ‘Parijs’ uiteindelijk te kunnen halen. Het internationale akkoord streeft naar een afname in 2030 van 40 procent van de totale uitstoot, dus inclusief de uitstoot door de zware industrie.

„Volstrekt onvoldoende” om de doelen te halen, is de visie van Europarlementariër Bas Eickhout (GroenLinks) op het deelakkoord van woensdag. Daar komt bij dat de lidstaten het voorstel „aan alle kanten” proberen af te zwakken.

Gerben-Jan Gerbrandy (D66) is blij dat het parlement „doorpakt”. Hij heeft als rapporteur aan het wetsvoorstel gesleuteld en de uitstootvermindering fors aangescherpt ten opzichte van het oorspronkelijke voorstel van de Europese Commissie. „Met dit resultaat moeten alle lidstaten, inclusief Nederland, vanaf 2020 aan de slag om de uitstoot te verminderen. Bijvoorbeeld door huizen beter te isoleren en meer schone auto’s op de weg krijgen.”

De EU-milieuministers buigen zich maandag over klimaatvoorstellen, maar zijn naar verwachting nog te verdeeld om een gezamenlijk standpunt in te nemen.

De parlementariërs debatteerden woensdag ook over de Amerikaanse terugtrekking uit het klimaatakkoord. Het besluit van president Donald Trump werd weggezet als „kortzichtig, egoïstisch en onverantwoord”.

,Je kunt Trump de maat nemen, maar wanneer je zelf niet de afspraken van Parijs haalt dan grenst dat aan hypocrisie’‘, aldus Eickhout. PVV’ er Olaf Stuger hekelde de „hypocrisie” van leden van het parlement, die „tienduizenden eersteklasvliegtickets” boeken. „Wel iedereen op de vingers tikken maar ondertussen zelf weigeren het goede voorbeeld te geven.”