Opinie

Vrouwen van evangelisten

Iedere dag heeft z’n dag. 6 juni is de dag van de Russische taal, 8 juni de dag van de coach. Maar 10 juni is nog vrij. Het liefst zou ik die Mariadag noemen. Maar omdat dat in een reformatorische krant wat verdacht klinkt, heb ik een alternatief: de dag van de vrouw van de evangelist. Laten we eerst luisteren naar het verhaal van Maria. Dan zal een en ander snel duidelijk worden.

Steef Post
12 June 2017 11:24Gewijzigd op 16 November 2020 10:45
Vrouwen van evangelisten dienen in de schaduw, vaak op eenzame posten en onder moeilijke omstandigheden. Foto: Een kerkdienst boven de poolcirkel in Nentsië. Beeld Friedensstimme Nederland
Vrouwen van evangelisten dienen in de schaduw, vaak op eenzame posten en onder moeilijke omstandigheden. Foto: Een kerkdienst boven de poolcirkel in Nentsië. Beeld Friedensstimme Nederland

„Ha, ik ben Maria. Ik ben opgegroeid in Orjol, een paar honderd kilometer ten zuiden van Moskou. Toen ik negentien was, kwam er een jongen op bezoek. Timofej was zes jaar ouder dan ik. Hij zou uitgezonden worden als evangelist naar Siberië en zocht een vrouw aan zijn zijde. Ik heb het aan de Heere voorgelegd. En een paar maanden later woonde ik in Nelmin-Nos, ver in het noorden, vlak bij de Barentszee.

Het eerste jaar was ontzettend zwaar. Het dorp was erg afgelegen. Nauwelijks bereikbaar. In het voor- en najaar is de toendra een moeras en is de rivier vol ijsschotsen. Er woont verder geen enkele christen in het dorp. Alleen Nentsen. Deze mensen vinden het prima dat wij er wonen, als gasten, maar we gaan nooit deel uitmaken van de dorpsgemeenschap.

Eén keer per jaar, in de zomer, komt er een schip met hout. Dat wordt langs de rivier opgestapeld en vormt dan de jaarvoorraad voor het hele dorp. Water moeten we dagelijks halen uit een gat in het ijs. Het is soms 40 tot 50 graden onder nul. In de wintermaanden blijft het de hele dag donker.

Het moeilijkste was dat er helemaal geen gemeente was toen wij er gingen wonen. Er hadden eerder evangelisten dienst gedaan, maar er was geen vrucht op de prediking gekomen. De mensen waren wel vriendelijk, maar niemand wilde zijn leven echt veranderen. Soms werden mensen een beetje boos en zeiden ze: „Stop nu met praten over de Bijbel.” Een keer kwam er zelfs een agressieve man binnen, die Timofej sloeg, en schreeuwde: „Ga weg, ga weg.” Dat vond ik heel bedreigend en angstig.

Na een jaar zijn we teruggegaan. Ik hield het hier niet uit. Ik had heimwee. We werden hartelijk ontvangen in onze gemeente. Maar we waren in verwarring. Wat was nu Gods roeping? We voelden al na een paar maanden dat we terug moesten.

We wonen hier nu alweer vijf jaar. Dankzij de genade van God hebben wij nu drie kinderen: Alexander, Milana en Michael. Ze groeien op zonder gemeente. Ze groeien op als wilden. Er is geen zondagsschool, geen koor. Er zijn geen christelijke kinderen van hun leeftijd. Ik zie dat echt als heel moeilijk. Met ieder kind wordt het moelijker. We denken er soms aan te verhuizen. Maar ik leg het in Gods hand.

Gelukkig kan ik pianospelen. Zondags en doordeweeks beleggen we diensten in onze huiskamer. Er komen wel mensen. We zingen, bidden en Timofej preekt. Mensen willen zich hier niet bekeren. Ze houden alles graag bij het oude. Ze schamen zich ook voor de andere mensen van het dorp. Timofej en ik praten er samen over. Samen gaan we dan op de knieën. We bidden tot de barmhartige en almachtige God.”

Het is zomaar een verhaal. Van Maria Matjoesjin, die maandag op de jongerenbijeenkomst van Friedensstimme over haar leven vertelde. Maar er zijn zo veel Maria’s. Vrouwen van evangelisten. Op eenzame posten in Nederland of in het buitenland dienen ze onder moeilijke omstandigheden. Ze blijven in de schaduw. Maar zijn van grote betekenis voor hun man en zo voor de uitbreiding van Gods Koninkrijk.

In 1 Korinthe 12:22-23 gaat het over de minst opvallende leden van het lichaam. De ogen en de oren, de handen en de voeten van het lichaam trekken de aandacht naar zich toe. Maar het hart en de longen blijven op de achtergrond. Ze zijn echter het meest nodig. We versieren ze door er mooie kleren over te doen. Zo mogen we deze vrouwen van evangelisten eren. Ze lijken immers een beetje op Maria, de moeder van Jezus. Ook zij diende in de schaduw. Laten wij deze vrouwen met ons gebed omringen, zoals zij met opofferende zorg hun man omringen.

Reageren? welbeschouwd@refdag.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer