Op je hoede zijn én uitzien na Pinksteren
Na de uitstorting van de Heilige Geest op Pinksteren wordt het leven van christenen bedreigd door een gevaarlijke vijand. De Bijbel vergelijkt de satan met een verscheurende leeuw, met een dood en verderf zaaiende draak. Christenen moeten op hun hoede zijn en mogen tegelijk met verwachting uitzien naar de wederkomst.
Dit was maandag de boodschap tijdens het Pinksterappel 2017 in de Oude Kerk van Weesp, georganiseerd door jeugdvereniging De Kandelaar van de christelijke gereformeerde kerk (cgk) van Ouderkerk aan de Amstel. Het thema was: ”Leven tussen Pinksteren en wederkomst: een tijd van verleiding en strijd en een tijd van verwachting en uitzien”.
Zwakke plekken
Ds. W. A. Cappellen sprak tijdens de middagbijeenkomst over het deelthema ”Een tijd van verleiding en strijd” (1 Petrus 5:8 en Openbaring 12:9-10). Volgens de predikant van de christelijke gereformeerde kerk te Noordeloos gebruiken de apostelen Petrus en Johannes sterke beelden om de bedreiging in de tijd tussen Pinksteren en de wederkomst te omschrijven. „De boze wordt voorgesteld als een briesende leeuw en een woeste draak, op zoek naar prooi. Soms gebruikt de satan brute methodes, zoals in landen waar christenen gemarteld of gedood worden.”
In Nederland lijkt satan meer op een geraffineerde sluipmoordenaar. „De boze wil je van God afhouden door je bijvoorbeeld zo druk te laten zijn met studie, sport of games dat je niet of nauwelijks tijd overhebt voor gebed en Bijbellezen. De satan zaait twijfel over de waarheid van Gods Woord of hij doet het voorkomen alsof alleen bejaarden de Bijbel nog serieus nemen. De boze weet precies waar jouw zwakke plekken zitten. Ken je die zwakke plekken ook?”
Verwachting
Prof. dr. M. J. Kater, hoogleraar praktische theologie aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA), nam ’s avonds het slotgedeelte van de tweede Petrusbrief als uitgangspunt. Hij sprak over het deelthema ”Een tijd van verwachting en uitzien”.
Prof. Kater wees op het grote verschil tussen het angstig afwachten van de toekomst en het verwachtingsvolle uitzien naar de vervulling van Gods beloften bij de komst van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. „Het maakt nogal wat uit wat je verwacht en Wie je verwacht. Want wie de Heere verwacht, weet ook dat alles recht zal worden gezet. Dat is een deel van de christelijke troost: er zal geen ellebogenwerk meer zijn.”
Volgens de hoogleraar zijn christenen niet zozeer op weg naar de toekomst, maar is de toekomst onderweg naar de gelovigen. Het verlangend uitzien naar een geweldige toekomst moet hun leven bepalen. „Die toekomstverwachting is zo rijk dat het eigenlijk niet nodig zou moeten zijn om elkaar nog aan te sporen om bereid te zijn.”
Het pinksterappel trok zo’n 300 bezoekers. Jongerenkoor Esperanza uit Utrecht verzorgde de muzikale omlijsting.