Muziek

Schipper André Nieuwkoop achter de klavieren

Op werkdagen vaart hij op een schip over de Nederlandse rivieren, in de weekenden is hij achter de klavieren van kerkorgels te vinden. André Nieuwkoop: „Als ik psalmen begeleid, komt er heel veel gevoel bij.”

Jan-Kees Karels
2 June 2017 22:19Gewijzigd op 16 November 2020 10:42
Binnenvaartschipper André Nieuwkoop. beeld RD, Anton Dommerholt
Binnenvaartschipper André Nieuwkoop. beeld RD, Anton Dommerholt

Zangavonden en -middagen waarbij André Nieuwkoop (26) op het orgel speelt, zijn populair: honderden mensen trekken naar Zaltbommel, Gorinchem, Hasselt of Kampen om te zingen „naar het hart van Jeruzalem.” Op YouTube zijn video’s van Nieuwkoops kanaal een hit.

Het gesprek heeft plaats in een zonovergoten tuin in Kesteren, bij Medicall Life Support, een bedrijf dat EHBO-producten levert en bhv-trainingen verzorgt. Directeur Margreet van Schaik regelt de logistiek rond de zangavonden van Nieuwkoop. De twee kwamen met elkaar in contact toen Van Schaik betrokken was bij de beveiliging van een samenzangavond in Zaltbommel.

Terwijl kanaries het hoogste lied fluiten, vertelt Nieuwkoop hoe een binnenvaartschipper achter de klavieren van een pijporgelreus terechtkomt.

Wanneer bent u begonnen met orgel spelen?

„Toen ik een jaar of zes was. Daarvoor zat ik een beetje op een piano te rammen. Ik begon met orgel spelen toen mijn zussen een versje moesten leren, dan probeerde ik de melodie te spelen en mee te zingen.”

Hoe ontstonden de zangavonden?

„Ik heb van jongs af aan al willen varen. En met orgel spelen ben ik ook vroeg begonnen. Ik heb de opleiding voor de binnenvaart gevolgd. Ik was helemaal niet van plan om zangavonden te organiseren. Totdat iemand mij vroeg om bladmuziek uit te gaan geven. Ik dacht: Daar ben ik niet goed genoeg voor, dat ga ik niet doen. Ik heb toen gezegd: Het orgel van de Maartenskerk in Zaltbommel heeft mijn grote liefde, ik zou het wel mooi vinden daar eens op een zangavond te spelen. Dat was in 2011. Daarna is de avond in Zaltbommel een jaarlijkse traditie geworden.”

Mist u het niet dat u geen noten kunt lezen?

„Als je naar bijvoorbeeld Marco den Toom luistert, dan merk je een wereld van verschil. Dat vind ik wel jammer. Maar goed, dit niveau heb ik. Veel verder kom ik gewoon niet, ook omdat ik praktisch gezien niet op les kan. Een tijdje geleden heb ik nog lessen gevolgd. Maar dan moet je ook doordeweeks oefenen, en ik heb geen orgel aan boord van het schip. Dat werd dus moeilijk.”

Wat vindt u mooi aan het begeleiden?

„Psalmen zingen, dat heb ik altijd heel mooi gevonden. Als ik psalmen begeleid, komt er heel veel gevoel bij. Als er dan, zoals de laatste keer in Zaltbommel, 1400 mensen beginnen te zingen, doet dat gewoon wat met je.”

Heeft u ook een favoriet psalmvers?

„Echt een lievelingspsalm kan ik niet zeggen. Psalm 75 speel ik graag. Ik denk dat ik die ook het vaakst op cd heb opgenomen.”

Begeleidt u uitsluitend psalmen op ‘hele noten’?

„Ja. Het begeleiden van ritmisch zingen is me ook nooit gevraagd. Wel speel ik soms in m’n voorspel een melodie ritmisch.”

Op YouTube staan veel video’s van u, met allerlei reacties, zoals: „Ach, André, wat vind ik het mooi, dat je zelf ook meezingt en dan zo eerbiedig. Het is net of ik jou kan horen meezingen. Geweldig!”

„Ja, vaak zing ik zelf mee met de psalm. Soms niet, dan zit ik te gespannen te luisteren naar wat er beneden in de kerk gebeurt. Door te zingen, heb ik mezelf vroeger de akkoorden aangeleerd. En door mee te spelen met samenzang-cd’s van vooral Pieter Heykoop.”

U wordt nogal groot gemaakt in dergelijke video’s. Gaat u al naast uw schoenen lopen?

Glimlachend: „Nou, ik strik m’n veters altijd heel goed!” Serieuzer: „Je bent bezig met de psalmen, alleen al daardoor heb je niet het recht om arrogant te doen. En juist het gewone contact met mensen, het normaal blijven, maakt het zo leuk. Zo’n zangavond is tegenwoordig een halve reünie.”

Hoe kiest u het tempo van de zang? Het zingen gaat langzaam.

„Het tempo komt eigenlijk vanzelf. Soms zit ik als organist weleens te trekken. Maar vooruitspelen lukt niet, de mensen willen gewoon niet mee. Massale samenzang heeft een eigen tempo.”

Uw voorspelen kenmerken zich door toccata’s en omspelingen met uitkomende stem. Heeft u nog meer smaken?

„Heel veel meer eromheen zit er niet, moet ik zeggen. Marco den Toom speelt soms van die aparte akkoorden. Als je ziet hoe hij dat doet, hij maakt er veel werk van, schrijft de registraties allemaal op. Ik moet zeggen dat ik ook wel een beetje lui ben op dat gebied. Ik ben me van mijn beperkingen bewust.”

U zou improvisatieles kunnen nemen, juist omdat u alles uit uw hoofd speelt.

„Over les nemen heb ik wel gedacht, nog niet over improvisatieles. Die tip zal ik eens meenemen.”

Tussen de reacties op YouTubefilmpjes klinkt ook kritiek, bijvoorbeeld dat het te hip klinkt. Hoe gaat u om met kritiek?

„Het doet je altijd wat, zeker ook de manier waarop het wordt gebracht. Een nadeel in Nederland vind ik dat kritiek vaak op zo’n dominante toon wordt gebracht. Kwetsend ook. Daarom heb ik op mijn YouTubekanaal ingesteld dat ik reacties eerst controleer. Mits kritiek normaal verwoord is, laat ik die gewoon door.”

En als iemand zegt: Joh, je mishandelt het orgel, laat u zo’n reactie dan door?

„Ik laat zo’n reactie wel door. Vroeger ging ik er, figuurlijk gesproken, nog weleens vol op het orgel tegen in. Tegenwoordig zeg ik er niet zo veel meer op, je leert het een beetje af. Nu moet ik wel zeggen: ik heb nog nooit wat aan een orgel gesloopt. Dat je het niveau niet goed vindt of de muziek niet mooi vindt, begrijp ik nog wel. Maar zeggen dat ik een orgel mishandel of sloop, daar kan ik niet zo veel mee. Ik speel wel met de windvoorziening, zodat de klank trilt, je merkt dat de mensen dan direct meer gas geven. Maar ik kan me niet voorstellen dat een orgel daar kapot van gaat.”

Heeft u nog plannen of wensen voor de toekomst?

„Ja, ik mag meedoen met een mooi Duits-Nederlands project. Het wordt georganiseerd door de stichting Domfreunde uit Münster. Ik heb daar al een paar keer gespeeld. De bedoeling is om een dubbel-cd op te nemen die dit najaar uitkomt. Ellen Beinert, een Duitse hoogleraar in de muziek, neemt het Duitse professionele gedeelte voor haar rekening. Organist Marco den Toom, organist in Katwijk aan Zee, speelt het Nederlandse professionele gedeelte. En ze hebben mij erop gezet in Zaltbommel, als verbinding tussen beide landen. Ik vind het mooi dat ik hier als amateur bij word betrokken.

Verder zou ik heel graag ook een samenzangavond in de Grote Kerk van Dordrecht beleggen. Ik hoop dat ik daar in de toekomst op het orgel word toegelaten.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer