„Het was 57 jaar de reddingsboei voor automobilisten met pech”, schrijft de ANWB op de website. De palen zijn door de komst van de mobiele telefoon overbodig geworden, stelt de bond.

Rijkswaterstaat en de ANWB adviseren mensen met een opgeladen mobieltje op weg te gaan en het telefoonnummer of de app van een pechhulpverlener paraat te hebben.

In 1960 plaatste de ANWB als experiment de eerste tien praatpalen langs de Rijksweg 13, de latere A13. In 1977 was het net landelijk dekkend en stonden 1500 palen opgesteld. Eind jaren negentig telde Nederland ongeveer 3500 praatpalen.

Op dit moment zijn er nog ongeveer 3300 praatpalen. Deze worden op termijn, zoals dat heet, ‘duurzaam verwerkt’, vertelt een woordvoerder van Rijkswaterstaat (eigenaar van de palen). Een deel komt beschikbaar voor musea die er een willen hebben.

Particulieren of andere geïnteresseerden kunnen ook een paal kopen voor in de tuin, speeltuin of studentenkamer: een deel gaat op enig moment in de verkoop. Dat loopt dan via Domeinen Roerende Zaken. Kopers moeten wel de ruimte hebben trouwens. „Het is geen klein paaltje op een sokkeltje, maar hij gaat diep de grond in”, aldus de woordvoerder.