Een nieuwe verkrapping van het monetaire beleid valt op dit moment niet te verwachten. Half maart besloten voorzitter Janet Yellen en haar collega’s het voornaamste tarief op de geldmarkt met een kwart procentpunt naar boven te brengen, naar een bandbreedte van 0,75 tot 1 procent. Zij vervolgden daarmee de weg van een normalisering van de geldpolitiek. Na een lange tijd van een extreem lage rente en een enorme stimulering via het opkopen van staatsobligaties, keert de Fed geleidelijk terug in rustiger vaarwater.

De centrale bank in Washington heeft twee taken: streven naar prijsstabiliteit en het bevorderen van de werkgelegenheid. De inflatie verblijft in de buurt van het doel van net onder de 2 procent. De werkloosheid in de VS is gedaald tot 4,7 procent, het laagste peil sinds 2007. Tot zover is alles in orde.

Te vroeg

De financiële markten rekenen voor dit jaar op drie rentestappen omhoog. Voor de tweede is het, na de vorige van zeven weken geleden, nu te vroeg. Die zal zeker niet voor juni plaatsvinden. Maar de laatste weken neemt de twijfel toe of dat inderdaad gebeurt. De jongste statistische gegevens over de situatie waarin ’s werelds grootste economie verkeert, zijn namelijk niet onverdeeld gunstig.

Zo was het cijfer van de groei in het eerste kwartaal, dat afgelopen vrijdag werd gepubliceerd, ronduit teleurstellend. Op jaarbasis, dat wil zeggen vergeleken met de omvang van het bruto binnenlands product (bbp) in dezelfde maanden van 2016, ging het om een expansie van slechts 0,7 procent, het langzaamste tempo in drie jaar. In de laatste periode van 2016 bedroeg de stijging van het bbp nog 2,1 procent.

Tegenslag

Dat betekent ook tegenslag voor Donald Trump. Hij heeft immers beloofd dat onder zijn regie de groei zal aantrekken tot maar liefst 3 à 4 procent.

Wat betreft de detailhandelverkopen is er eveneens sprake van een tegenvallende ontwikkeling. In maart trad er voor de tweede maand op rij een daling op. In Amerika zijn de bestedingen van de consument van grote betekenis voor de welstand van de nationale economie.

Vrijdag verschijnen de maandelijkse cijfers over de arbeidsmarkt. Ook op dat vlak pakte het nieuws de vorige keer niet bijster goed uit. In maart bleken er, buiten de landbouwsector, 98.000 nieuwe banen te zijn gecreëerd, terwijl analisten in doorsnee een aanwas van 180.000 hadden voorzien.

Het zit dus allemaal even niet mee. Dat kan uiteraard weer snel veranderen. Maar evenmin mogen we uitsluiten dat het voor Yellen en haar ploeg aanleiding vormt het wat voorzichtiger aan te doen met het strakker aanhalen van de monetaire teugels. Een herhaling van 2016 behoort daarmee tot de mogelijkheden. Toen zinspeelde de Fed aanvankelijk ook op drie tot vier renteverhogingen in dat jaar. Uiteindelijk bleef het bij slechts één aanpassing, afgelopen december.