Mens & samenleving

Nieuwe start voor uitgeprocedeerde asielzoeker in Sierra Leone

Wat gebeurt er als een asielzoeker uitgeprocedeerd is en naar zijn geboorteland terugkeert? Aron Kanu maakte het mee. Hij woonde zijn halve leven in Nederland en vertrok afgelopen winter naar Sierra Leone.

Marry Schoemaker
14 April 2017 10:13Gewijzigd op 16 November 2020 10:18
Na terugkeer naar Sierra Leone kwam Aron Kanu, die als moslim opgroeide en in Nederland christen werd, in contact met een kerk in zijn geboorteland. beeld Willem Griffioen
Na terugkeer naar Sierra Leone kwam Aron Kanu, die als moslim opgroeide en in Nederland christen werd, in contact met een kerk in zijn geboorteland. beeld Willem Griffioen

Aron Kanu (1981) groeide onder de naam Alie Kanu op in het dorp Matotoka in de binnenlanden van Sierra Leone. Zijn vader, een welgestelde diamantenhandelaar, trouwde drie vrouwen en de familie was groot.

Tijdens de oorlog wisten Alie en anderen te ontkomen aan rebellen, maar tijdens hun vlucht werden ze opnieuw aangevallen, vertelde Alie later. Velen stierven en Alie zag vreselijke dingen. De vluchtelingen werden bevrijd, maar later werd hun dorp aangevallen. Huizen werden platgebrand. Alie werd meegenomen, waarschijnlijk om opgeleid te worden tot kindsoldaat. Hij wist te ontvluchten en kwam in 2001 ondervoed en mishandeld, met een document van de Verenigde Naties, naar Nederland.

Elektrotechniek

Na de inburgeringscursus volgde Alie met succes de mbo-opleiding elektrotechniek. Hij ging aan het werk en woonde in een eigen appartement in Den Helder. Regelmatig liep hij een marathon. Kortom: hard werken, hard studeren, hard lopen.

Ongeveer tien jaar had hij een verblijfsvergunning. Daarna werd deze niet verlengd, mogelijk omdat Sierra Leone weer veilig zou zijn. Omdat zijn Sierra Leoonse nationaliteit werd betwijfeld, viel hij in 2007 niet onder het generaal pardon. Hij werd opgepakt door de politie en belandde in een uitzetcentrum. Omdat hij behandeld werd voor een stress- en slaapstoornis kwam hij weer vrij. Maar een verblijfsvergunning kreeg hij niet.

Alie gold als uitgeprocedeerd en kwam na een jaar in een asielzoekerscentrum in een voorziening voor bed, bad en brood in Amsterdam. Hij vulde zijn tijd met studeren in de bibliotheek, deed vrijwilligerswerk bij de Amsterdamse leefgemeenschap Oudezijds 100 en hielp oud-collega’s bij grote elektrotechnische klussen.

Intussen ging hij regelmatig naar samenkomsten in Christ Church (Church of England) en kerkplanting de Akergemeente in Amsterdam. Hij wilde zich laten dopen in Christ Church en vroeg de voorganger van de Akergemeente, ds. Willem Griffioen en zijn vrouw Mariët, of zij zijn „doopgrootouders” wilden worden. In september 2015 werd hij gedoopt. Aron werd zijn nieuwe naam.

Ds. Griffioen: „Aron is opgegroeid als moslim. Een christelijke vrouw vertelde hem tijdens de inburgeringscursus over haar geloof. Ook volgde hij dagopeningen en Bijbelstudies in Oudezijds 100. Jezus is de Verlosser voor hem.”

Heel bang

Het echtpaar Griffioen verhuurt een kamer die enige tijd leegstond. Deze gaven ze Aron in gebruik. Hij woonde er een jaar en drie maanden. „We leerden hem kennen, maar het koste veel tijd om vertrouwen op te bouwen. Hij kampte met een posttraumatische stressstoornis en had slaapproblemen”, vertelt Mariët Griffioen. Over de procedures die hij inging met zijn advocate, vertelde hij weinig. Uiteindelijk bleek dat hij moest terugkeren naar Sierra Leone.

Zijn nationaliteit was inmiddels erkend. Sierra Leone gaf toestemming tot terugkeer tot uiterlijk 12 februari dit jaar. „Hij was heel bang. Het beeld dat hij van Sierra Leone had, was de herinnering van toen hij tiener was: een gevaarlijk land met rebellen. Hij had de afgelopen jaren weinig contact met zijn familie die daar en elders in de wereld woont.”

Aron probeerde terugkeer dan ook te voorkomen en greep alles aan wat zijn advocate voorstelde om de procedure te rekken, zoals de medische procedure vanwege zijn hernia. Ds. Griffioen: „We dachten altijd dat asielprocedures zorgvuldig en rechtvaardig verlopen, maar zagen in zijn geval dat er vanwege zijn persoonlijke omstandigheden en angst meer ondersteuning nodig was. Dan had hij door organisaties zoals Bridge to Better geholpen kunnen worden met het bekijken van verschillende scenario’s, het verkrijgen van een krediet of steun bij het opzetten van een bedrijfje bijvoorbeeld.”

Cellencomplex

Op 5 januari werd Aron opgepakt door de vreemdelingenpolitie en kwam hij na een paar uur door bemiddeling van zijn advocate weer thuis. Zijn advocate probeerde nog een laatste procedure en raadde hem aan onder te duiken. In een gesprek moedigde het echtpaar Griffioen hem aan om dat niet te doen. „Weet dat God met je meegaat, maak een zuivere keuze. Hier heb je sowieso geen kans, in Sierra Leone kun je misschien wel een bestaan opbouwen”, hielden ze Aron voor.

Op 16 januari meldde hij zich bij de vreemdelingenpolitie, maar hij werd weer vrijgelaten omdat hij de volgende dag een afspraak had in het ziekenhuis voor zijn hernia. De dag erna werd hij in hechtenis genomen op het politiebureau, naar een cellencomplex overgebracht en later naar het uitzetcentrum bij Schiphol. Ds. Griffioen bracht hem zijn medicijnen en een tas met kleren. Verschillende mensen uit de gemeente wilden hem bezoeken, maar hij mocht slechts twee of drie uur per week bezoek ontvangen. „Hij werd behandeld als een crimineel.”

Zaterdag zocht iemand Aron op, de donderdag daarop mocht het echtpaar Griffioen op bezoek komen, van acht tot negen uur ’s morgens. ’s Middags om twee uur kregen ze telefoon van iemand van het uitzetcentrum dat Aron de volgende ochtend, op 28 januari, zou worden uitgezet. Snel brachten ze nog wat spullen.

Watertaxi

Op het vliegveld in Sierra Leone zou geen opvang zijn. Via via kwamen ze in contact met een predikant in de hoofdstad van Sierra Leone, Freetown. Ook hoorden ze dat de broer van een vriend van een meisje uit de Akergemeente in Freetown woonde. Aron had 40 dollar nodig om vanaf het vliegveld een watertaxi te nemen naar de plek waar de predikant op hem zou wachten en 10 dollar voor iemand die op zijn bagage kon letten als hij de predikant zocht. Ze mailden deze instructies naar het uitzetcentrum waar ze werden geprint voor Aron om mee te nemen, en hij kreeg 50 dollar mee.

Mariët Griffioen: „We ervoeren deze contacten als Gods leiding. Voor Aron was het een grasspriet om zich aan vast te houden.” Drie marechaussees reisden met hem mee, één van hen kende hij nog van de hardloopwedstrijden. Zij moesten in Sierra Leone praten als brugman om ervoor te zorgen dat hij daadwerkelijk toegelaten werd. Enkele uren later kreeg ds. Griffioen een app-bericht van de predikant: „Ik zie hem.”

Aron kreeg via een organisatie op het vliegveld contact met een Duits echtpaar. Dat gaf hem 50 dollar om twee nachten te slapen in een gastenhuis dat de predikant –zelf arm– had geregeld. Daarna logeerde hij twee dagen bij de jongen. Die had een kamer waar hij kon slapen. Daarna zocht hij contact met een zwager in de buurt van de hoofdstad, de man van zijn zus die momenteel in Amerika verblijft. Daar kan hij voorlopig wonen. Zijn ouders leven niet meer.

Ook kreeg hij contact met een rijke oom bij wie hij als dat nodig is kan verblijven. Zijn paspoort kwam eveneens in orde en hij appte naar ds. Griffioen: „De Heer is groot! God is almacht.” En later: „Gods plan is het beste, omdat Hij alles weet.”

Graf van vader

Na ongeveer zeven weken reisde ds. Griffioen hem achterna, met steun van de gemeente, en trok een week met hem op in Sierra Leone. De koffers met gereedschap van Aron nam hij mee. Ze logeerden bij de zwager en bezochten ook het geboortedorp van Aron.

Voor Aron was het de eerste keer dat hij er terug was. Hij zag hoe de gebouwen weer waren opgebouwd, al waren ze vaak kleiner dan vroeger. Ook bezocht hij het graf van zijn vader. Pas vorig jaar had hij gehoord dat zijn vader niet in de oorlog was overleden, maar later. Bij het graf moest hij huilen.

In zijn geboortedorp en het nabijgelegen stadje ontmoette hij veel mensen. Ds. Griffioen: „Zijn vader was een soort weldoener, hij had een moskee en een basisschool gebouwd. Aron was zeventien jaar buiten beeld geweest. Zijn positie was lastig. Het idee is: Als je gevlucht bent, stuur je geld vanuit het buitenland, of je bent een crimineel. Daarnaast is hij geen moslim meer. Nu hij zijn familie –vele ooms, tantes, (half)neven en nichten– kon opzoeken, samen met mij als blanke vriend, kon hij legitimeren dat hij zonder geld was gekomen, maar wel een goede jongen was. Ze ontvingen hem goed.”

Opbouwen

Samen ontmoetten ze een man die bij een constructiebedrijf werkt en hem voorstelde aan zijn manager. Mogelijk kan Aron hier aan de slag. Ds. Griffioen: „Hij kan terecht bij de predikant in de hoofdstad, bij een predikant die in de buurt van zijn zwager woont en bij familie en vrienden. Ik ben heel verwachtingsvol.”

Weer thuis kreeg ds. Griffioen een app-bericht: „Bedankt voor alles. De groeten aan broeders en zusters in de Akergemeente. Gods zegen.” „Hij zegt nu: „Sierra Leone is mijn land, ik ga het helpen opbouwen. Ik ben niet meer bang.””

Sierra Leone

Sierra Leone ligt aan de Atlantische Oceaan in West-Afrika. De huidige hoofdstad, Freetown, werd in 1792 gesticht door vrijgelaten Afro-Amerikaanse slaven. In 1961 werd het land onafhankelijk van Groot-Brittannië. Het is een van de armste landen ter wereld. De bevolking telt ongeveer 6 miljoen mensen. De gemiddelde levensverwachting is 50 jaar.

Vanaf 1991 woedde er een burgeroorlog in Sierra Leone. Het Revolutionair Verenigd Front streed met hulp van Liberiaanse opstandelingen tegen de toenmalige regeringstroepen. Staatsgrepen en terreur volgden. Vele mensen stierven of vluchtten. Vanaf 2002 werkt Sierra Leone aan de wederopbouw van het land.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer